NIS telt minder bedrijven en kleinere veestapel

Uit de voorlopige resultaten van de jaarlijkse landbouwtelling van het NIS blijkt dat het aantal land- en tuinbouwbedrijven in Vlaanderen tussen 15 mei 2001 en 15 mei 2002 daalde met 3,6 procent. In België daalde het aantal bedrijven de jongste vijf jaar met in totaal 15 procent. Op 37.878 bedrijven telt de Vlaamse land- en tuinbouw nog 36.780 bestendige en 35.575 niet-bestendige arbeidskrachten. Die bewerken een oppervlakte cultuurgrond van 636.026 ha.

Opvallend is ook dat de Vlaamse veestapel verder blijft dalen. Het afgelopen jaar zette deze trend zich het sterkst door bij de runderen met een daling van 4,6 procent tot een totaal van 1.457.994 runderen. Het aantal varkens en kippen daalde met respectievelijk 1,7 en 2,8 procent. Vlaanderen telt nu nog 6,4 miljoen varkens, drie jaar geleden telde de varkensstapel nog 7,7 miljoen stuks.

De goede zaaiomstandigheden eind 2001 resulteerden in een groter areaal wintergranen. Op 132.452 ha werden in Vlaanderen granen voor de korrel geoogst, een stijging van 17 procent in vergelijking met 2001. Het areaal voedergewassen daalde daarentegen met 4,4 procent tot 355.756 ha.

Hoewel de suikerbieten konden standhouden, daalde het areaal nijverheidsgewassen met 3,8 procent tot 47.361 ha. Ook het aardappelareaal noteerde een zeer lichte achteruitgang van 1,3 procent. De vroege aardappelen zitten flink in de lift, het Bintje incasseerde een daling van het areaal met 11,4 procent. Daarmee neemt het Bintje nog net de helft in van het Vlaamse aardappelareaal dat 39.932 ha beloopt.

Het areaal tuinbouwgewassen kende in Vlaanderen een lichte stijging van 1 procent tot 51.006 ha. De toename komt op rekening van de fruitteelt en de sierteelt, de groenteteelt moest zowel in open lucht als onder serre enkele ha prijsgeven.