Mestafzet drukt op grondprijzen in Noord-Limburg

De prijzen voor landbouwgronden in Limburg tonen alsmaar grotere verschillen naargelang de regio. In Noord-Limburg zijn de prijzen erg hoog door de nabijheid van de intensieve veehouderij. De rijke leem- of zandleemgronden in Zuid-Limburg zijn dan weer goedkoper. Koen Coenen, directeur van de provinciale landbouwdienst, beschouwt de hoge prijzen puur economisch als "overdreven hoog". Dat staat te lezen in Het Nieuwsblad.

Bij een vergelijking van de grondprijzen in de provincies Antwerpen en Limburg blijkt een groot verschil tussen regio's te bestaan. In Maaseik gelden in grote lijnen dezelfde prijzen als in de Antwerpse Kempen, maar in de regio Geel liggen de prijzen duidelijk lager dan in het arrondissement Turnhout waar een hectare landbouwgrond tot 23.000 euro per ha zou kosten.

Naarmate men in Limburg meer naar zuidelijke richting trekt, daalt de grondprijs. In Midden-Limburg zijn de grondprijzen dalend en blijven ze in de meeste gevallen onder de 13.000 euro per ha. In de regio Beringen-Tessenderlo zakten de prijzen zelfs naar 9.000 euro. In de rijke landbouwgronden van Zuid-Limburg schommelen de prijzen rond 13.000 euro.

De hoge prijzen in Noord-Limburg zijn volgens Coenen te wijten aan de noodgedwongen mestafzet van de intensieve veehouderij. "De veehouders moeten hun mest simpelweg ergens kwijt. Hun vraag heeft natuurlijk invloed op de prijzen". In Haspengouw, de fruitstreek bij uitstek, liggen de prijzen flink wat lager. Oorzaak daarvan is onder meer de crisis in de appelteelt.

Dat de prijzen in Antwerpen vrij hoog liggen, heeft volgens Coenen te maken met de aanwezigheid van de pluimveesector. "Ook hier zijn bedrijven verplicht hun mestoverschot te verwerken. Vandaar dan ook de nood aan eigen gronden. Vaak wordt daarop maïs geteeld, die nadien verkocht wordt. Maar de dure grondprijzen drukken op het bedrijfsresultaat. Het gaat om grote investeringen, die weloverwogen moeten zijn".