Kindt: "Veehouders werken hard aan mestverwerking"

Mestverwerking in de varkenshouderij is geen sinecure. Met name de natte fractie van de mest bezorgt de veehouders kopbrekens. Daardoor is het zeer de vraag of Vlaanderen er in zal slagen om volgend jaar de vooropgestelde 2,4 miljoen ton varkensmest te verwerken. West-Vlaams landbouwgedeputeerde Gabriël Kindt erkent de problematiek, maar onderstreept dat de Vlaamse veehouders al heel wat inspanningen geleverd hebben om tot een oplossing te komen.

De natte fractie van de varkensmest is als grondverbeteraar kwalitatief onverkoopbaar en het transport van deze vloeibare substantie op lange afstand is peperduur. Toch verplicht het mestdecreet om varkensmest voor de volle 100 procent te verwerken. Kindt vraagt begrip voor deze context. "De grote hoeveelheid aanvragen voor milieuvergunningen voor mestverwerkingsinstallaties bewijst dat de sector wél volop én actief met de problematiek bezig is. Bovendien kan een veehouder een dossier pas indienen als het milieukundig in orde is. Al in dat stadium heeft het veel centen gekost".

De mestverwerkingsinitiatieven die tot hiertoe werden genomen, zijn gefinancierd met privé-middelen. "Een aantal veehouders hebben samen met hun toeleveranciers een pioniersrol op zich genomen en daartoe zwaar geïnvesteerd in proefinstallaties, meetcampagnes en infrastructuur", aldus Kindt. Hij betreurt dat de overheid en de Mestbank aan de zijlijn passief blijven toekijken.

Kindt pleit er alvast voor dat volgend jaar bij de uitwerking van de mestwetgeving rekening zal gehouden met de geleverde inspanningen en het feit dat de techniek nog niet helemaal op punt staat. "De geplande heffingen zijn niet terecht zolang de verwerking onmogelijk is", zo luidt het.