Geen geld voor zaaigoed door achterstand Rampenfonds
nieuwsIn de nacht van 3 op 4 juli 2005 werd ons land, en in het bijzonder de provincie West-Vlaanderen, door zware overstromingen getroffen. Vooral in de Westhoek liepen veel landbouwbedrijven schade op. Ook de boerderij van Filip Debergh en Marleen Boudeweel in Vleteren werd zwaar getroffen. "Het water stond hier op verschillende plaatsen meer dan een meter hoog", vertelt Marleen Boudeweel.
"Onze varkensstal was volledig ondergelopen. We telden meer dan tien dode biggen en een dood kalf. Ook verloren we meer dan 65 ton aardappelen, 2,5 ton wintertarwe en nog wat bieten en maïs. En dan zwijg ik nog over de schade aan machines, stallen en aan onze woning. Het totale verlies bedroeg meer dan 40.000 euro", luidt het. Het landbouwersgezin heeft echter nog altijd geen schadevergoeding gekregen.
"In april begint het zaaiseizoen. Als we tegen die tijd geen geld van het Rampenfonds hebben gekregen, kunnen we niet aan het seizoen beginnen", zegt Boudeweel. "We hebben al van alles geprobeerd, maar niets schijnt te lukken. De gemeente en de provincie stellen alles in het werk om ons te helpen, maar wat kunnen zij doen? Intussen moeten wij wel onze leningen en belastingen blijven betalen. Ik weet niet of we dat nog lang kunnen volhouden".
Uit contacten met de diensten van de West-Vlaamse gouverneur heeft kamerlid Muylle geleerd dat men een afhandelingsperiode van de 3.500 binnengekomen dossiers voorziet van 2 jaar. "De gemiddelde claim, zowel voor particulieren als voor landbouwbedrijven, bedraagt 19.856,49 euro en dus is het logisch dat veel mensen betalingsmoeilijkheden krijgen. Dit is echt onmenselijk", aldus Muylle.
Zelf dringt ze aan op een maximale afhandelingstermijn van maximum 1 jaar voor algemene rampen en anderhalf jaar voor landbouwrampen omdat daarvoor advies van Europa nodig is. Muylle belooft hiervoor een parlementair initiatief te nemen.