FAVV test traceerbaarheid in pluimveesector
nieuwsHet Voedselagentschap houdt deze week een traceringsoefening in de pluimveesector. Deze oefening zal de verontreiniging simuleren van een bepaald aantal loten pluimvee die werden geslacht en in de voedselketen terecht kwamen. Het hoofddoel is te testen of zowel het Voedselagentschap als de vleessector adequaat kunnen reageren wanneer een contaminatie zich in werkelijkheid voordoet.
De oefening bestaat uit twee luiken en vindt plaats tussen maandag 1 februari en vrijdag 5 februari. In de eerste fase zullen de slachthuizen waarvan het fictief besmette pluimveevlees afkomstig is, worden ingelicht. Daarna wordt stroomafwaarts de traceerbaarheid worden gecheckt, vertrekkende van de slachthuizen, over de uitsnijderijen, de vleesverwerkers tot bij de slagers en andere verkooppunten.
Het tweede luik focust zich op de stroomopwaartse traceerbaarheid om zo de oorzaak van de verontreiniging te vinden. Ook worden de andere veehouders geïdentificeerd bij wie dezelfde partijen verontreinigd veevoeder terechtkwamen. De provinciale Controle-eenheden van het Voedselagentschap worden nauw betrokken bij de oefening omdat het van belang is dat zij de juiste werkwijze onder de knie hebben eens een echte contaminatie zich voordoet.
De oefening in traceerbaarheid loopt in samenwerking met de sectororganisaties VIP (Verbond van Industriële Pluimveeslachthuizen in België, NVP (Nationaal Verbond van Pluimveeslachthuizen), BEMEFA (Beroepsvereniging van de mengvoederfabrikanten), FENAVIAN (Federatie van de Belgische Vleeswarenindustrie) en FEDIS (Belgische Federatie van Distributieondernemingen).