Administratieve rompslomp kost boer 5,5 uur per week

Elke Vlaamse boer of tuinder spendeert gemiddeld 5,5 uur per week aan administratie. Dat kost hem, mits extra ondersteuning, 8.500 euro per jaar. Dat blijkt uit een studie die Vlaams minister van Administratieve Vereenvoudiging Geert Bourgeois liet uitvoeren. Samen met landbouwminister Kris Peeters presenteerde Bourgeois op het melkveebedrijf van melkveehouder Bart de Reu in Bellem de eenmalige perceelsregistratie en het e-loket.

Europa heeft de lidstaten opgelegd om nationale doelstellingen te formuleren over administratieve vereenvoudiging. Zelf stelt Europa een lastenvermindering van 25 procent voor. Vooraleer een streefcijfer vast te leggen, heeft de Vlaamse regering beslist in alle sectoren een nulmeting door te voeren om te kijken hoe het er gesteld is met het papierwerk. De landbouwsector stond als eerste op de lijst. Tegen eind 2008 maken alle andere beleidsdomeinen dezelfde oefening.

Tachtig procent van de landbouwers vindt de administratieve verplichtingen één van de belangrijkste problemen van hun beroep. Ze zijn er gemiddeld 5,5 uur per week mee bezig. Dat blijkt uit een bevraging van ruim 400 landbouwers. Er werd berekend dat die werktijd, samen met extra kosten voor externe ondersteuning voor de administratie, de landbouwer jaarlijks gemiddeld ruim 8.500 euro kost. Voor de hele sector bedraagt het globale kostenplaatje 294 miljoen euro. Al dient er eerlijkheidshalve aan toegevoegd te worden dat de administratieve rompslomp de boer tegelijkertijd ook een heel pak landbouwsteun oplevert.

Het gros wordt besteed aan fiscaliteit en boekhouding, maar veel tijd kruipt ook in het doorspelen van informatie aan de overheid, bijvoorbeeld bij de aanvraag van subsidies en melkquota. Die informatieverstrekking is goed voor 82 miljoen euro. De kost veroorzaakt door Vlaamse regelgeving bedraagt 39 miljoen euro, bijna de helft van die 82 miljoen euro. "Dat is behoorlijk veel", beseft Geert Bourgeois.

Maar er is beterschap op komst. Sinds dit jaar is het e-loket beschikbaar, waar boeren onder meer hun gronden of percelen kunnen registeren en melkquota of steun kunnen aanvragen. De manier waarop landbouwgronden worden geïdentificeerd, is ook geüniformiseerd via de éénmalige perceelsregistratie. Uitwisseling van informatie tussen de administraties en diensten onderling zorgt ervoor dat een boer zijn percelen slechts één keer moet registreren. Die gegevensuitwisseling kreeg de naam "Magda", wat staat voor MAximale GegevensDeling tussen Administraties en agentschappen.

"Het Magda-principe is een zware investering geweest, maar ik ben ervan overtuigd dat die ons snel winst zal opleveren", aldus minister Bourgeois. Door de eenmalige perceelsregistratie en het e-loket bouwen besparen de landbouwers respectievelijk 3,6 en 2,1 miljoen euro per jaar. Dat komt neer op ruim 14 procent van de totale administratieve kosten die de Vlaamse overheid oplegt aan de land- en tuinbouwers".

Het e-loket staat weliswaar nog in zijn kinderschoenen: met 270 actieve gebruikers vandaag is die verhoopte besparing natuurlijk nog lang niet bereikt. "Er zijn echter wel al 12.000 aanvragen van gebruikers binnen voor volgend jaar", stelt landbouwminister Peeters.(GL)