71 schadeclaims in Nederlandse dioxinekwestie

Als gevolg van de voorbije dioxinecrisis in Nederland zijn bij onze noorderburen intussen 71 schadeclaims ingediend door gedupeerde veehouders. Het gaat om een totaalbedrag van ongeveer 150.000 euro. Bij 59 claims stelt de veehouder de voederleverancier aansprakelijk, 12 claims zijn gericht op de overheid. De aanklagers zijn van mening dat ze ten onrechte geblokkeerd zijn geweest. Dat meldt de Noordelijke Land- en Tuinbouworganisatie (NLTO).

Het tweede melkveebedrijf in Lelystad dat geblokkeerd werd vanwege een te hoog dioxinegehalte in de melk, levert sinds 20 november weer melk. De afzet van vee en vlees is nog niet toegestaan. Het allereerst melkveebedrijf dat op slot werd gedaan, is op dit ogenblik het enige bedrijf dat nog steeds volledig geblokkeerd is. Beide veehouders uit Lelystad kwamen al een tijdje geleden een schaderegeling overeen met frietfabrikant McCain, de leverancier van door mergelklei besmette aardappelschillen.

"Uit de gevonden dioxinewaarden in vlees en melk blijkt dat we op het randje van een grote crisis hebben gebalanceerd. We kunnen stellen dat de affaire nog redelijk goed is afgelopen, want er waren alleen tijdelijke afzetproblemen met Griekenland, Zuid-Korea en Singapore’’, aldus Siem Jan Schenk van de vakorganisatie LTO Rundveehouderij.

De dioxinekwestie begon op 26 oktober met de melding van de Voedsel- en Warenautoriteit dat een melkveebedrijf bij Lelystad vanwege een te hoog dioxinegehalte in de melk was geblokkeerd. Op 3 november kreeg dit een vervolg, toen het agentschap meldde dat 138 bedrijven zouden geblokkeerd worden vanwege verontreinigd veevoer. Dat aantal liep daarna op tot bijna 200. Ook in Vlaanderen werden acht bedrijven enkele dagen op slot gedaan.