nieuws

Zaakvoerders slachthuis Verbist vrijgesproken

nieuws
De correctionele rechtbank van Kortrijk heeft dinsdagmorgen de zaakvoerders van het Izegemse exportslachthuis Verbist vrijgesproken van gesjoemel met rundvlees dat naar Rusland werd uitgevoerd. Ook voor de illegale uitvoer van vrouwelijke runderen naar Irak en het onterecht opstrijken van subsidies werden de zaakvoerders vrijgesproken. André Destickere, adviseur-generaal van het Voedselagentschap, werd eveneens vrijgesproken.
28 maart 2006  – Laatst bijgewerkt om 14 september 2020 13:56
De correctionele rechtbank van Kortrijk heeft dinsdagmorgen de zaakvoerders van het Izegemse exportslachthuis Verbist vrijgesproken van gesjoemel met rundvlees dat naar Rusland werd uitgevoerd. Ook voor de illegale uitvoer van vrouwelijke runderen naar Irak en het onterecht opstrijken van subsidies werden de zaakvoerders vrijgesproken.

De strafrechter oordeelde dat de beschuldigingen niet bewezen waren. André Destickere, adviseur-generaal van het Voedselagentschap, werd eveneens vrijgesproken door de rechtbank. Hij werd beschuldigd van het onterecht in beslag laten nemen van een gezondheidscertificaat bij het slachthuis Verbist. Dat gebeurde toen Destickere hoofd was van de Kortrijkse keurkring van het Instituut voor Veterinaire Keuring (IVK).

Beide dossiers vinden hun oorsprong in augustus 1997. Toen vielen het Kortrijkse parket en het Instituut voor Veterinaire Keuring (IVK) in volle BSE-crisis binnen in de uitsnijderij van Verbist in Izegem. Omdat de speurders dachten dat Verbist het algemeen exportverbod voor Brits rundvlees had overtreden, moest het bedrijf negen wekenlang de deuren sluiten. Pas toen bleek dat er geen vlees van Britse oorsprong bij Verbist aanwezig was, mocht het slachthuis opnieuw open.

In die periode werd ook een boot vol achterkwartieren omwille van hetzelfde vermoeden van handel in Brits rundvlees een tijdlang verzegeld. Ook dat onderzoek leverde uiteindelijk niets op. Volgens het openbaar ministerie bleek uit het onderzoek dat Verbist knoeide met de keuringscertificaten van rundvlees dat naar Rusland werd uitgevoerd. Verbist voerde karkassen naar een Franse uitsnijderij uit en runderflanken legden de omgekeerde weg af. De Franse runderflanken werden samen met de Belgische verpakt en naar Rusland uitgevoerd.

Het parket tilde er zwaar aan dat op de keuringscertificaten de Franse oorsprong niet vermeld stond, maar dat was volgens de verdediging in 1997 ook nog niet wettelijk verplicht. Van het bedotten van de Russische kopers door hen in de waan te laten dat het allemaal om Belgisch rundvlees ging, was volgens hen geen sprake.

Bijna de helft van de volgens het parket verdachte leveringen gingen bovendien niet naar Rusland, maar naar Libanon, Egypte, Zuid-Afrika, Wit-Rusland en Turkmenistan. Bovendien zou gesjoemel totaal overbodig zijn, pleitte de verdediging, want er was geen exportverbod van Frans rundvlees van kracht.

Rusland voerde vanaf april 1997 wel een invoerbeperking in voor Frans rundvlees dat in de vier meest westelijke departementen van Frankrijk was gefokt, maar volgens de verdediging bewees geen enkel element in het strafdossier dat het uitgevoerde rundvlees in die specifieke departementen was gefokt. De rechtbank kon zich daar dinsdag in vinden.

De zaakvoerder van slachthuis Verbist, Lodewijk V., zijn zoon Diederik, dochter Martine en werknemer Gilbert G. hebben altijd ontkend dat ze tijdens de crisis rond de gekkekoeienziekte in 1997 gesjoemeld hadden bij de uitvoer van rundvlees naar Rusland. De vier kregen nu de vrijspraak die ze vroegen.

Bron: Belga

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek