nieuws

"Voedingssector verder laten groeien via overlegmodel"

nieuws
In economisch onzekere tijden is de voedingsindustrie er de voorbije drie jaar in geslaagd een omzetgroei te realiseren van 11,9 procent. Die groei wil Jean Eylenbosch, de nieuwe voorzitter van FEVIA, bestendigen door de sterktes van de sector nog meer uit te spelen, daar beter over te communiceren en door op een constructievere manier samen te werken met betrokken overheden. Voor andere spelers in de keten moet er respect zijn: “Het kan niet dat iemand zich suf werkt, maar daar geen degelijk inkomen kan uit halen.”
2 december 2015  – Laatst bijgewerkt om 14 september 2020 14:33
Lees meer over:

In economisch onzekere tijden is de voedingsindustrie er de voorbije drie jaar in geslaagd een omzetgroei te realiseren van 11,9 procent. Die groei wil Jean Eylenbosch, de nieuwe voorzitter van FEVIA, bestendigen door de sterktes van de sector nog meer uit te spelen, daar beter over te communiceren en door op een constructievere manier samen te werken met betrokken overheden. Voor andere spelers in de keten moet er respect zijn: “Het kan niet dat iemand zich suf werkt, maar daar geen degelijk inkomen kan uit halen.”

In tegenstelling tot de barre conjunctuur in de primaire sector, beleeft de Belgische voedingsindustrie erg goede jaren. Dankzij groeiend succes op verre exportmarkten werd een positieve handelsbalans gerealiseerd en werd ook de tewerkstelling op peil gehouden. Bovendien kon de sector wegen op enkele belangrijke politieke dossiers: de taxshift van de regering-Michel wordt zowel door afscheidnemend voorzitter Bernard Deryckere als zijn vervanger Jean Eylenbosch erg positief onthaald.

Tijdens de jaarvergadering van de sectororganisatie was het Deryckere die de belangrijkste uitdagingen voor de sector op een rijtje zette: de loonhandicap ten opzichte van onze buurlanden, het gebrek aan geschoolde werkkrachten en de hoge energiekosten. Zijn opvolger wil die hete hangijzers aanpakken via overleg. De voedingsindustrie moet daarbij nauw betrokken worden om gecoördineerde oplossingen uit te werken die jobs in ons land houden, zo klinkt het bij Eylenbosch.

“In dit kleine land kunnen we complexe uitdagingen als zwerfvuil en obesitas alleen aanpakken vanuit een overlegmodel”, aldus de nieuwe voorzitter. “Het is pas wanneer je alle stakeholders rond de tafel brengt en een gezamenlijk plan uitdoktert dat je echt resultaten kunt boeken”, gelooft Eylenbosch, die verwijst naar de verminderde zoutconsumptie na een gezamenlijk plan tussen de overheid, de industrie en de distributie.

Overleg en samenwerking binnen de keten wordt voor een deel georganiseerd via het Ketenoverleg, een overleginstrument waar Eylenbosch veel waarde aan hecht: “Het Ketenoverleg is cruciaal. De voedingsindustrie kan niet zonder de landbouw langs de ene kant, en de distributie langs de andere kant. We zijn alle drie zo sterk met elkaar verbonden dat we geen andere keuze hebben dan tot een overeenkomst te komen. Het model is misschien vatbaar voor verbetering, maar het belangrijkste is dat er gepraat wordt. Zolang er empathie en begrip voor elkaars standpunten is, dan moeten we met dat overleg wel ergens kunnen landen.”

Dat de boer momenteel erg magere prijzen krijgt voor zijn producten vindt Eylenbosch onaanvaardbaar. “Elke schakel in de keten moet zijn kost kunnen verdienen, op een fatsoenlijke manier. Dat is een kwestie van vertrouwen en respect tussen de verschillende actoren. Het kan toch niet dat iemand zich suf werkt zonder daar een degelijk inkomen uit te halen? Alles heeft een prijs, en die prijs moet juist zijn. Een industrie of een sector die goed draait zonder dat het iets kost, dat kan en mag niet. Ergens moet er een ondergrens zijn.”

In een gesprek met VILT laat Eylenbosch ook zijn licht over enkele andere dossiers schijnen. Wat de kilometerheffing betreft, vindt de kersverse voorzitter dat we in een overgereguleerde omgeving leven in België: “Er is Europa, er zijn federale wetten, er zijn regionale en gemeenschapsdecreten, er is de reglementering op gemeentelijk of stedelijk niveau… Je moet dus al behoorlijk moedig zijn om te willen ondernemen in die context. Tegelijkertijd is het waar dat we iets moeten proberen doen aan de slechte staat van onze wegen en de kosten die dat met zich meebrengt. Laten we dus samen naar oplossingen zoeken.”

Ook over het nieuws dat Friesland-Campina zonder daar al te veel woorden aan vuil te maken honderden Vlaamse melkveehouders aan de kant schoof, heeft Eylenbosch een mening: “Over het beleid van een individueel bedrijf kan ik me niet uitspreken, maar het is ontegensprekelijk zo dat we met z’n allen een moeilijke partituur spelen. We opereren in een zeer concurrentiële omgeving, en dus zijn er soms harde maatregelen nodig, hoe betreurenswaardig dat ook is. Hoe dan ook willen we graag dat er meer vertrouwen komt in de keten. In diezelfde context moeten we ook proberen om ons draagvlak te vergroten. Ik denk dat we als voedingsindustrie te bescheiden zijn. We moeten transparanter communiceren. Vergeet niet dat we via onze producten als één van de weinige sectoren elke dag mee bij de consument aan tafel worden uitgenodigd.”

Beeld: FEVIA

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek