“Vlaanderen kan afschaffing derogatie opvangen, Nederland niet”

nieuws

Nederland kampt met een acuut mestprobleem door de afbouw van derogatie die dit jaar is ingezet. Boeren kijken momenteel aan tegen mestafzetkosten van 30 euro per ton en meer. Landbouworganisaties kwamen deze week met een crisisplan om de mestproblematiek op te lossen. Daarin wordt onder meer een vrijwillige inkrimping van de veestapel voorgesteld in ruil voor een jaarlijkse vergoeding. In Vlaanderen speelt de mestproblematiek minder en kunnen rundveehouders ook de afschaffing van derogatie opvangen. Dit leidt wel tot een extra kostenpost die aan de huidige hoge mestafzetkosten kan oplopen tot 16.000 euro per jaar, per bedrijf.   

25 april 2024 Jerom Rozendaal
Lees meer over:
mestverwerking nieuwsbrief

Vier landbouworganisaties in Nederland hebben deze week een voorstel gepresenteerd om de mestproblematiek het hoofd te bieden. In hun plan stellen de organisaties onder andere voor dat melkveehouders hun veestapel vrijwillig moeten kunnen inkrimpen in ruil voor een jaarlijkse vergoeding.

Ook wordt er gepleit voor een verlaging van het eiwitgehalte in koeienvoer en eisen de boeren een overgangsderogatie om zo langer gebruik te kunnen maken van de derogatie, de afwijking op de regels waarbij ze meer mest mogen uitrijden dan wettelijk is toegestaan in de EU. Zij vragen een overgangsregeling waarbij in Nederland tot eind 2027 op grasland 230 kg stikstof per hectare uit dierlijke mest mag worden gestrooid.

Het is de afbouw van de derogatie die Nederlandse melkveehouders voor grote problemen stelt. Vanaf dit jaar tot en met 2026 wordt de derogatie stelselmatig afgebouwd bij onze noorderburen. Zo mogen boeren, vooral rundveehouders, dit jaar niet langer 250 kilo stikstof toedienen op hun grasland, maar 210 kilo (dat is het maximum, voor sommige gebieden/grondsoorten ligt dat lager, red.) Volgend jaar wordt dat teruggeschroefd tot 190 kilo en in 2026 moet de Europese norm behaald worden van 170 kilo stikstof uit dierlijke mest per hectare.

30 euro per kuub

“Het verlies van de derogatie en de opstapeling van andere Europese maatregelen hebben de mestplaatsingsruimte in Nederlandse radicaal ingekort. Het directe gevolg hiervan is dat de mestafzetmarkt volledig is vastgelopen”, klinkt het bij de landbouworganisatie LTO, één van de ondertekenaars van het crisisplan. Donderdag is er in het Nederlandse parlement gedebatteerd over het mestprobleem in de melkveehouderij.

De mestcrisis resulteert onder andere in torenhoge mestafzetprijzen in Nederland van 30 euro per kuub (nagenoeg een ton) of meer. Berekeningen van de universiteit van Wageningen tonen dat de afbouw van derogatie, uitgaande van een mestafzetkost van 30 euro, een gemiddeld melkveebedrijf 39.000 euro kost. In deze berekening is niet alleen rekening gehouden met de kosten voor mestafzet, maar ook bijvoorbeeld de lagere ruwvoeropbrengsten.

Ook in Vlaanderen is de mestafzet van boeren momenteel hoogst problematisch, maar van een crisis kan volgens Eddy Vandycke, expert mestverwerking bij Boerenbond, niet gesproken worden. “Bij ons hangen de problemen samen met het weer. Door het natte najaar van 2023 gingen rundveehouders met meer voorraad de winter in en ook dit voorjaar zijn ze nauwelijks in staat om mest uit te rijden.” Dit leidt ook in Vlaanderen tot relatief hoge mestafzetkosten van gemiddeld zo’n 20 euro per ton. Dat is 7 tot 8 euro meer dan vorig jaar, maar nog steeds een pak lager dan in Nederland.

Betere mestbalans in Vlaanderen

Vandycke verklaart dit verschil door de mestbalans in beide landen. “Waar Nederland een overschot aan mest kent, is dat in Vlaanderen niet het geval.” Om zijn stelling kracht bij te zetten verwijst de Oost-Vlaming naar het Mestrapport 2023 van VLM. Hierin staat te lezen dat de mestproductie in Vlaanderen in 2022 zo’n 125 miljoen kilo stikstof en 57,5 miljoen kilo fosfor betrof. De theoretische mestafzetruimte op landbouwgrond in Vlaanderen bedraagt 116 miljoen kilo stikstof en 46,3 miljoen kilo fosfaat.

“Daar ligt dus nog een kleine disbalans, maar dat wordt gecompenseerd door de mestverwerking”, becommentarieert Vandycke de cijfers. De Vlaamse mestverwerking verwerkte in 2022 36,7 kilo stikstof, oftewel 29 procent van de dierlijke stikstofproductie. “Als je de ruimte op het land en de verwerking afzet tegen de productie betekent dit dus dat deze redelijk in evenwicht zijn en er ruimte over is.”

Daardoor kan Vlaanderen volgens Vandycke de afschaffing van de derogatie makkelijker opvangen dan Nederland. In ons land is derogatie sinds 2023 volledig afgeschaft en zijn rundveehouders beperkt tot de gift van 170 kilo stikstof uit dierlijke pest per hectare. Dat betekent een vermindering van de mestafzetruimte van 6,4 miljoen kilo. “Vlaanderen telde ongeveer 80.000 hectare land onder derogatie, waarop 80 kilo extra mocht worden toegediend (250kg – 170kg per hectare)”, legt de mestexpert de rekensom uit.

Tot 16.000 extra kosten melkveebedrijf

Alhoewel de afschaffing van derogatie hierdoor redelijk geruisloos is verlopen in Vlaanderen en niet tot een mestcrisis heeft geleid, heeft het wel veel financiële impact gehad op individuele bedrijven. “Een gemiddeld melkveebedrijf, met voorheen 50 hectare in derogatie, kan 16 ton minder mest per hectare op zijn land kwijt. Dat betekent 800 ton in totaal. Met de gemiddelde mestafzetkosten van dit moment betekent dat een kost van 16.000 euro per jaar”, berekent Vandycke.

De rekensom achter de 16 ton die de boer minder kan uitrijden over een hectare land: een ton mest bedraagt zo’n 5 kilo eenheden stikstof. Waar een boer in 2022 nog 250 eenheden stikstof (50 ton dierlijke mest) dierlijke mest mocht toedienen, bedroeg dat in 2023 nog 170 eenheden stikstof, oftewel 34 ton mest.

Om de mestafzetkosten niet verder te doen stijgen, is het volgens Vandycke essentieel dat het enkele weken mooi weer wordt. “Normaal gezien zouden veehouders dan nog van hun voorraden af kunnen komen.“ Hij geeft wel aan dat hierbij een aantal problemen spelen. Zo is ook het inzaaien en poten vertraagd door het natte voorjaar en zullen akkerbouwers bij mooi weer uit te startblokken willen schieten. “Het is de vraag of zij op dierlijke mest willen wachten en er niet voor kiezen meteen in te zaaien en vervolgens kunstmest zullen toedienen.”

Versoepeling van uitrijregels

Daarbij verwacht hij ook dat boeren en loonwerkers met hun tijd en middelen in de war komen als al het werk binnenkort samenkomt. “Het is daarom dat we deze week hebben gepleit voor de verruiming van de mestuitrijregels zodat we ook na zonsondergang en op zon-, en feestdagen mogen rijden”, besluit Vandycke.

Het verzoek van Boerenbond, samen met ABS en BioForum, wordt ook gedragen door Landbouw Service, de federatie van loonwerkers, en de vereniging van Mestverwerkers. Luc Vansteelant, voorzitter van de vereniging van Mestverwerkers gaf eerder in de week nog te kennen dat ook de capaciteit van mestverwerkers leidt onder het slechte weer. “Hierdoor zijn we niet in staat het effluent af te zetten, waardoor er geen verwerkingsruimte is.”

Bron: Eigen berichtgeving

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek