Vlaamse melkkoe krijgt 7,6 dagen per jaar antibiotica

Een volwassen melkkoe op een Vlaams melkveebedrijf staat gemiddeld 7,6 dagen per jaar of 2,1 dagen per 100 dagen onder de behandeling van antibiotica. Het antibioticumverbruik varieert erg sterk tussen de verschillende bedrijven en meer dan 60 procent van de antibiotica werd ingezet voor de preventie en controle van mastitis. Dat zijn de belangrijkste conclusies van een vierjarig onderzoek door het M-team van de Universiteit Gent op 57 Vlaamse melkveebedrijven.

In 2011 ging het project ‘Duurzame melkveehouderij door verantwoord gebruik van diergeneesmiddelen’ van start. Dit vierjarig project werd gefinancierd door Boerenbond, Integrale Kwaliteitszorg Melk (IKM), de Belgische Confederatie van de Zuivelindustrie (BCZ) en Melkcontrolecentrum Vlaanderen (MCC). Ondertussen is het project afgelopen en heeft het M-team van de UGent haar belangrijkste bevindingen neergeschreven.

Daaruit blijkt dat een volwassen melkkoe gemiddeld 7,6 dagen per jaar onder de behandeling van antibiotica staat. Op de 57 deelnemende bedrijven werden wel sterke verschillen in antibioticagebruik vastgesteld. Op een kwart van de bedrijven stond elk dier minder dan 5,2 dagen per jaar onder antibiotica en op een ander kwart kreeg elk dier gemiddeld meer dan 9,5 dagen per jaar antibiotica toegediend. De eerste categorie kreeg de naam ‘laagverbruikers’, de andere werden als ‘hoogverbruikers’ aangeduid.

Op sommige bedrijven werden dan weer overwegend producten gebruikt die kritisch zijn voor de volksgezondheid en op weer andere bedrijven werden dan weer zo goed als geen van deze producten aangetroffen. De belangrijkste reden (meer dan 60%) om antibiotica te gebruiken, is ter preventie en controle van mastitis waarvan 35 procent als droogzetter. Op de hoogverbruikende bedrijven werden de meeste antibiotica ingezet als uiertubes en inspuiting voor de behandeling van mastitis en als langwerkende inspuiting om andere aandoeningen te behandelen. Bij de laagverbruikende bedrijven werden de meeste antibiotica ingezet als droogzetter.

Om die reden adviseert het M-team om op de hoogverbruikende bedrijven in eerste instantie te werken op de verbetering van de uiergezondheid en de algemene diergezondheid en minder langwerkende inspuitbare producten in te zetten om op die manier het antibioticaverbruik terug te dringen. Op de laagverbruikende bedrijven kan dit door eventueel niet-geïnfecteerde koeien op het einde van de lactatie zonder antibiotica droog te zetten, het zogenaamde selectief droogzetten.

Meer informatie: Antibioticaverbruik op Vlaamse melkveebedrijven