Veevoederfabrikant ziet grote toekomst voor aquacultuur

Diervoederfabrikant Lambers-Seghers uit Baasrode heeft zijn activiteiten uitgebreid naar voeder voor de aquacultuursector. Het familiebedrijf richtte daarvoor LS Aqua op in het West-Vlaamse Hooglede voor de productie van vismeelvervangers en -concentraten. De aquacultuur heeft voor Danny van Mullem, CEO van Lambers-Seghers, vooral internationaal een enorm potentieel.

14 juni 2021  – Laatst bijgewerkt om 14 juni 2021 16:43
Lees meer over:
aquacultuur-1250

De diervoederfabrikant produceert al sinds begin twintigste eeuw veevoeder voor rundvee, pluimvee en varkens. De zaken lopen momenteel goed. “We zijn de afgelopen jaren met ons veevoeder 27 à 30 procent gegroeid”, zegt Danny Van Mullem. “Maar het is niet omdat je vandaag groeit dat je morgen ook gaat groeien. Ik voorspel dat we de komende jaren rekening moeten houden met een inkrimping van de veestapel gezien de milieu- en klimaatdoelstellingen die Vlaanderen moet halen. Dat was één van de redenen waarom we ons op nieuwe markten zijn gaan richten en ons zijn gaan diversifiëren naar aquafeed. Het idee kwam ook van de jongere generatie die aan de slag is in het bedrijf. We zien het naar de toekomst toe als een complementaire activiteit met onze huidige activiteit.”  

Danny Van Mullem voelde zich vanaf het begin geruggesteund met zijn projecten. “We merken dat er vanuit Europa inspanningen gedaan worden om aquacultuur te pushen”, zegt Van Mullem. “We hebben al veel middelen gekregen voor onderzoek naar het kweken van vis en werken samen met UGent, die wereldfaam geniet op het vlak van aquacultuur. Verder leveren we ook voeding  voor het Omegabaars-aquacultuurproject van Aqua4C. In ons land zit er ongelooflijk veel kennis over deze sector.” En er zijn nog andere evoluties. “Er wordt meer en meer vis gegeten. De visvangst is bovendien geplafonneerd met quota. Dus als er meer vis geconsumeerd zal worden, zal die van aquacultuur moeten komen.”

Puur vismeel

Vandaag de dag wordt wereldwijd nog steeds aquafeed geproduceerd op basis van vismeel  en bijproducten van de visverwerking. Hiervoor worden vissen gevangen en volgens gedroogd tot visvoer. “Vismeel is an sich wel een goede grondstof”, zegt Van Mullem. “Het bevat veel aminozuren en 60 tot 70 procent eiwit die gebruikt worden als eiwitbron noodzakelijk voor de groei van vissen.  Maar het is totaal niet duurzaam. Voor een kilo zalm heb je vijf kilo vis nodig. Dat klopt gewoon niet. En dat willen wij veranderen.”

Daarom werd LS Aqua opgericht, een bedrijf gespecialiseerd in complementaire aquacultuurvoeding, zoals vismeelvervangers en concentraten, onder andere ter vervanging van vismeel in aquafeed-diëten. Er zijn drie productlijnen, namelijk compleet voeder, vismeelvervangers en concentraten.  Concentraten bevatten naast eiwitbronnen ook vitaminen en mineralen. De productie gebeurt in een fabriek in Hooglede, waar tot vijf jaar geleden nog varkensvoeder werd geproduceerd. “Produceren op onze bestaande vestigingen kon niet”, zegt Van Mullem. “We mogen geen dierlijke producten gebruiken in onze klassieke veevoederfabriek.”

Vismeelvervangers

Voor vismeel heb je een eiwitbron nodig. LS Aqua haalt die eiwitten uit restproducten. “We maken gebruik van een alternatief voor vismeel, namelijk op basis van een dierlijk eiwit”, zegt Van Mullem. “Dat halen we uit restproducten – of bijproducten - afkomstig uit het slachthuis. Concreet worden bloedmeel, kippenmeel, verenmeel en beenderen uit slachthuizen omgezet in hoogwaardige eiwitten. Ook reststromen van onder andere een aardappelfabriek worden omgezet in single cell proteïne (SCP), een bacterieel eiwit dat 70 procent eiwit bevat. Uit eigen onderzoek is gebleken dat dit een positief effect heeft op de darmflora van de dieren. Ze hebben een betere weerstand en immuniteit en minder sterfte. Door het gebruik van het bacterieel eiwit hebben we de technische resultaten bij garnalen kunnen verbeteren. In de toekomst denk ik dat we ook uit afvalstromen van insecten eiwitten kunnen halen.” De formule van voeders voor bepaalde vissen verschilt van vis tot vis. Forellen hebben veel dierlijk eiwit nodig, anderen vissen dan weer niet.

dannyvanmullem-lsaqua-lambersseghers-quota-800

Geef geen subsidies aan landbouwers die willen stoppen, maar voorzie een tussenkomst voor degene die zich richten op alternatieven

Danny Van Mullem - CEO Lambers-Seghers

Totaalaanpak

Volgen Van Mullem hebben hun producten een positief effect op de gezondheid van de vissen. “Met onze producten gaan we de gezondheid van de vissen verhogen. Maar dit is niet voldoende, we moeten gaan voor een totaalaanpak. Lucht, water en voeder zijn alle drie even belangrijk. Als de waterkwaliteit niet in orde is, mag je nog het beste voeder hebben: het zal niet werken. Als de druk van verkeerde bacteriën in je systeem zo groot is, dan crasht het. Er zijn delen in de wereld waar men geen vis meer kan kweken omdat de hele bioveiligheid om zeep is.”

Van Mullem ziet op internationaal vlak veel mogelijkheden voor aquacultuur. “De markt bevindt zich voor 90 procent in Azië, zoals Vietnam, Thailand, en China. Als je garnalen kweekt, heb je water van 28 graden nodig in natuurlijke omstandigheden. We zijn momenteel bezig met testen op een garnaalkwekerij in Saoedi-Arabië. We gaan ook een project realiseren bij een grote premixfabrikant in Indonesië.”

visvoeder-LSaqua-1250

Dichter bij huis komt aquacultuur vooral voor in de zuiderse landen, zoals Spanje, Italië en Griekenland.” De markt van aquacultuur groeit jaarlijks tussen de vijf à tien procent. Van Mullem ziet vooral groeimarkten in het Midden-Oosten en Afrika, met Nigeria en Ghana als trekkers. “Ze hebben de klimatologische omstandigheden mee. Ze beschikken over bepaalde  grondstoffen maar vooral eiwitvoorziening is er moeilijk. We voeren enkel grondstoffen aan, die in het betreffende land nog niet aanwezig zijn. We passen ons concentraat aan, aan de beschikbaarheid van lokale grondstoffen.”

Omschakeling

De mogelijkheden voor aquacultuur zijn in België beperkt. “In ons land kunnen we zoetwatervissen kweken, zoals omegabaars, snoekbaars en forel. Er is ook een beperkte productie van gamba’s of reuzengarnalen, denk aan het bedrijf Crevetec. Maar het is duur om in ons land water te gaan verwarmen.”

Van Mullem benadrukt dat de aquacultuur die er is in België, er wel best mag zijn. “In ons land is een gesloten en circulair systeem verplicht, wat goed is voor de viskwaliteit. Het water gaat door een biofilter die ammoniak en stikstof reduceert. Er zijn geen infecties van buitenaf en ook van waterverspilling is er geen sprake. Een mooi voorbeeld is het aquacultuurproject van Omegabaars in Kruishouten, dat zeer veel aandacht schenkt aan het milieu. In een gesloten systeem is alles beter gecontroleerd, zoals de gezondheidstoestand, de waterkwaliteit en voeding. Op zee is er wel vervuiling en is er minder controle. Toch stellen we vast dat er nog veel mensen vis van de zee willen hebben.”

LS Aqua heeft tot slot nog een boodschap voor de politiek. “Geef geen subsidies aan landbouwbedrijven die willen stoppen, maar voorzie een lening of financiële tussenkomst voor bedrijven die een reconversie willen doen naar bijvoorbeeld aquacultuurproducten of andere alternatieve teelten en daarvoor hun site willen herinrichten. Dat kan een oplossing zijn voor heel wat veebedrijven die in hun voorbestaan bedreigd zijn door de stikstofproblematiek.”

Meer info op de website van LS Aqua.

Bron: Matthias Vanheerentals

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek