nieuws

Veestapel van Klemskerkse geitenhouder wordt vernietigd

nieuws
Donderdagvoormiddag zullen de 300 geiten van landbouwer Devreeze afgemaakt worden. Die beslissing werd gisteren gevonnist door de rechtbank. De motivatie luidt dat het ministerie van landbouw in functie van het algemeen belang deze maatregel kan opleggen om de bedreigingen van de mond- en klauwzeerziekte in te dijken.
8 maart 2001  – Laatst bijgewerkt om 14 september 2020 13:51
De advocaat van geitenhouder Devreeze vroeg gisterennamiddag voor de Brugse rechtbank de heropening van de debatten wegens een nieuw gegeven. Hij beriep zich op een ministerieel besluit dat op 6 maart in het Staatsblad is verschenen, om te verhinderen dat de veestapel van zijn cliënt zou vernietigd worden.

In het MB staat dat overal in België waar zich tweehoevige dieren bevinden (zoals geiten en schapen) "kan worden beslist, op basis van een gemotiveerd advies van het Hoofd van de Veterinaire Diensten, om over te gaan tot de preventieve opruiming van alle aanwezige tweehoevigen". Devreeze ziet hierin steun voor z'n argumentatie dat het ministerie van landbouw moet motiveren waarom het zijn geitenbedrijf wil opruimen.

De advocaat van het ministerie van Landbouw die de Belgische staat vertegenwoordigt, wees erop dat het MB waarnaar Devreeze verwijst een oud MB van 3 maart niet opheft. Dat besluit zegt: "In alle bedrijven waar schapen, geiten en hertachtigen afkomtig uit het Verenigd Koninkrijk werden binnengebracht sedert 1 februari, worden alle vatbare dieren behorende tot deze soorten, preventief afgemaakt".

De advocaat van Landbouw voegde er nog aan toe dat het nieuwe MB er gekomen is om toe te laten dat ook dieren die niet in contact zijn gekomen met Britse dieren, preventief kunnen afgemaakt worden. Het verzoek om de debatten te heropenen is onverantwoord en enkel bedoeld om tijd te winnen, klonk het. Het ministerie heeft daarom ook verzaakt aan de mogelijkheid om 8 dagen de tijd te nemen om te antwoorden op het verzoekschrift. De advocaat van Landbouw vroeg met aandrang aan de rechter de debatten niet te heropenen.

Uiteindelijk stelde de rechter het ministerie in het gelijk. Over de grond van de zaak, het verbod om de dieren in Klemskerke af te maken zonder de resultaten te kennen van een bloedproef op straffe van een dwangsom van vijf miljoen frank, motiveerde de rechtbank dat de maatregel van de minister van landbouw past in een totaalplan om de hele sector voor een catastrofe te behoeden.

Het ministerie zou ook lang genoeg gewacht hebben om de maatregel tot preventieve opruiming uit te vaardigen. Landbouw wachtte daarvoor op een beschikking van Europa op 1 maart. Eerdere wetten rond de dierengezondheid uit 1987 en Mond- en Klauwzeer uit 1965 geven de minister van landbouw daarbij de machtiging om in geval van bedreiging slachting en afmaking mogelijk te maken.

De rechter stelde wel dat het ministerie voor verwarring had gezorgd. Het bracht Devreeze al op 28 februari op de hoogte van de geplande opruiming van zijn bedrijf, terwijl het besluit daartoe pas 3 dagen later in het staatsblad verscheen. De staat moet alle gerechtskosten betalen, oordeelde de rechter.

De rechtbank had ook begrip voor de Haanse geitenboer. "Het gevoel van onmacht bij Devreese is begrijpelijk", luidde het. "Hij is een kweker met een waardige burgerzin en heeft alle mogelijke voorzorgsmaatregelen genomen maar Mond- en Klauwzeer is een ernstige bedreiging".

De nieuwe beschikking van de rechtbank is onmiddellijk uitvoerbaar ("bij voorraad"). Omdat de beschikking pas morgen/donderdag kan betekend worden bij de Brugse griffie, zullen de 300 geiten van Devreeze pas donderdagvoormiddag afgemaakt en naar Rendac gevoerd worden.

Bron: Belga

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek