nieuws

Twee op drie Vlaamse vlinders in voortbestaan bedreigd

nieuws
Sinds het begin van de vorige eeuw zijn 19 van de 67 vlindersoorten die in Vlaanderen voorkwamen, uitgestorven. Slechts 23 soorten zijn momenteel niet in gevaar, zo blijkt uit de 'rode lijst' van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO).
4 juli 2011  – Laatst bijgewerkt om 14 september 2020 14:15
Lees meer over:

Sinds het begin van de vorige eeuw zijn 19 van de 67 vlindersoorten die in Vlaanderen voorkwamen, uitgestorven. Slechts 23 soorten zijn momenteel niet in gevaar, zo blijkt uit de 'rode lijst' van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO). INBO bestempelt vermesting, een afname van het aantal bloemen en de steeds verdergaande versnippering van het Vlaamse landschap als de voornaamste oorzaken.

Het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek heeft, in nauwe samenwerking met de Vlinderwerkgroep van Natuurpunt en professor Hans Van Dyck (UCL), een nieuwe 'rode lijst' van dagvlinders in Vlaanderen opgesteld. De nieuwe lijst leert dat er van de 67 soorten ondertussen 19 zijn uitgestorven, 18 soorten in gevaar zijn en zeven bijna in gevaar. "Met 66 procent van alle soorten in gevaar of uitgestorven, scoort Vlaanderen ongeveer even slecht als Nederland (68%) en net iets slechter dan Wallonië (61%)", zegt woordvoerder Koen Van Muylem. Maar er is niet alleen slecht nieuws: negen soorten doen het beter dan een tiental jaren geleden.

INBO trekt deze conclusies op basis van 800.000 gegevens verzameld tussen 1830 en 2010. De grote meerderheid van deze gegevens is afkomstig van vrijwilligers, die hun waarnemingen ingaven op de website waarnemingen.be. Met behulp van deze schat aan informatie kon INBO niet alleen nagaan waar welke soorten momenteel voorkomen in Vlaanderen, maar ook hoe hun verspreiding in de voorbije tien jaar veranderd is, twee belangrijke criteria bij het bepalen van de uitsterfkans van een soort.

"De Lage Landen worden niet voor niets de vlinderonvriendelijkste regio van Europa genoemd", stelt INBO. In vergelijking met de rode lijst uit 1999 zet de negatieve trend zich voor heel wat soorten verder: vier soorten zijn uitgestorven tussen 1994 en 2003 en maar liefst 12 soorten doen het slechter in vergelijking met de vorige lijst. Vooral soorten uit heiden (b.v. de heivlinder), bloemrijke graslanden (b.v. de veldparelmoervlinder) en grote bossen (b.v. de rouwmantel) blijven achteruitgaan. Opvallend is ook de sterke achteruitgang van enkele voorheen algemene soorten zoals de argusvlinder en de citroenvlinder.

INBO bestempelt vermesting, een afname van het aantal bloemen en de steeds verdergaande versnippering van het Vlaamse landschap als de voornaamste oorzaken. "Mogelijke herstelmaatregelen zijn het behoud van grote, goed met elkaar verbonden natuurgebieden. Daarnaast is een natuurbeheer dat rekening houdt met de ecologische eisen van dagvlinders en het verbeteren van de algemene milieukwaliteit ook van groot belang voor het beschermen van dagvlinders in het bijzonder en de biodiversiteit in het algemeen", verklaart het onderzoeksinstituut.

Bron: eigen verslaggeving/Belga

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek