Tomatenteler levert groene stroom aan vleesverwerker via drijvend zonnepark
27 september 2022Groenteteler Meer Fresh Products in Hoogstraten en de nabijgelegen vleesverwerker Comeco starten met de uitwisseling van stroom, warmte en water. De stroom is afkomstig van een drijvend zonnepark dat de serreteler heeft aangelegd op het waterbassin waarmee hij de planten bewatert. Bij de lancering van de samenwerking was onder andere federaal minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (cd&v) aanwezig. "Uitwisseling van energie en water tussen verschillende bedrijven en sectoren kan een belangrijke rol spelen op vlak van energieonafhankelijkheid en de uitdagingen die droogte bieden", zei de minister.
De doorgang tussen twee serres van Meer Fresh Products in Hoogstraten stond vol met auto’s van mensen die een kijkje kwamen nemen bij de officiële lancering van het energie- en wateruitwisselingsproject tussen de glastuinbouwer en het slachthuis en vleesverwerker Comeco. Beide bedrijven liggen op boogscheut van elkaar, maar Comeco keek twee jaar geleden toch even vreemd op toen Fresh Products met het idee kwam om energie en water uit te wisselen. “Vroeger werd groene energieopwekking vooral op bedrijfsniveau bekeken. Dit is één van de eerste projecten in Vlaanderen waarbij verschillende bedrijven samenwerken. Dit voorbeeld van out-of-the box denken helpt ons verder bij de verduurzaming van de economie”, vertelt Annelies Verlinden bij de lancering.
Fresh Products in Meer is twee jaar geleden gestart met de aanleg van een drijvend zonnepark op een waterbassins van het bedrijf. Het drijvende systeem was uitgedokterd door ondernemer Hedwig Van Roy, bekend om zijn in elkaar klikkende Clics-speelgoed. In de zoektocht naar nieuwe toepassingen voor hetzelfde principe, was de ondernemer op het idee gekomen om zonnepanelen te laten drijven op het water via modulaire, in elkaar klikbare verbindingen, ClicFloats genaamd.
Voordelen van een drijvend zonnepark
Door het afkoelende effect van het bassinwater produceert het drijvende zonnedak volgens de maker 8 procent meer groene energie dan eenzelfde dakopstelling. Het verklaart volgens Van Roy waarom het systeem momenteel een snelle opmars kent. Niet alleen leveren de panelen groene stroom, bovendien voorkomt de afdekking van het bassin verdamping van het water en wordt ook de waterkwaliteit beter gewaarborgd. “Dat zijn voor ons belangrijke bijkomende voordelen van dit systeem”, vertelt John Vermeiren, zaakvoerder van Meer Fresh Products.
Na geslaagde eerste testen, waarbij de opgewekte stroom voor eigen gebruik werd ingezet en de positieve effecten op waterkwaliteit en waarborging bewezen werden, besloot de groenteteler het zonnepark uit te breiden naar andere bassins en een partner te zoeken voor de afname van de stroom. “Wij hebben de kleinste energievraag in de zomer als de zon schijnt en de zonnepanelen het meeste energie opwekken”, verklaart Vermeiren waarom hij zelf geen vragende partij was voor extra groene energie.
De serreteler vond in het buurbedrijf Comeco, slachthuis en vleesverwerker, een partij die geïnteresseerd was in de groene stroom. De elektriciteitsbehoefte bij Comeco, dat onderdeel uitmaakt van Belgian Pork Group, ligt juist het hoogst op zonnige dagen als er meer gekoeld moet worden. “Comeco wilde haar energievoorziening verduurzamen, maar had geen ruimte voor zonnepanelen”, schetste Vermeiren eerder aan VILT de interesse.
Synergie met andere bedrijven
Op dit moment wordt een stroomkabel tussen beide bedrijven gelegd en volgens de planning start de effectieve stroomuitwisseling in december of ten laatste januari. De extra panelen (3.000 stuks) wekken 1,4 GWh stroom op, het equivalent van een jaarlijks gemiddeld verbruik van meer dan 400 Vlaamse gezinnen. Comeco dekt hiermee 15 procent van zijn elektriciteitsbehoefte af. Daarnaast bespaart het volgens eigen zeggen door de vergroening van haar elektriciteitsgebruik 600 ton CO₂- per jaar.
De stroomkabel is niet de enige kabel die in de gleuf ligt die recent gegraven is tussen beide bedrijven. Ook komt er een leiding voor de uitwisseling van water. Water dat Meer Fresh Products tijdens de natte maanden (in de winter) in overschot heeft, wordt naar het vleesbedrijf gestuurd. “Dit regenwater wordt opgewaardeerd tot proceswater”, vertelt Erik Dieu, plantmanager bij Comeco in Meer.
Het vleesbedrijf denk hiermee 100.000 m³ grond- of leidingwater te kunnen uitsparen, het verbruik van 800 Vlaamse gezinnen. Ook ligt er een leiding tussen de bedrijven voor de uitwisseling van restwarmte die door de WKK’s van de serre bedrijven wordt opgewekt. “Hiermee kunnen we naar schatting 15 procent bezuinigen op het gasverbruik (1.600 MWh) ”, vervolgt Dieu die aangeeft dat de vleesverwerker een korting op de energiefactuur zeker op dit moment goed kan gebruiken.
Hiermee kunnen we naar schatting 15 procent bezuinigen op het gasverbruik
Uitwisseling energie en reststromen goed voor imago
Voor Meer Fresh Products zijn de synergievoordelen op het eerste gezicht minder groot. Het bedrijf kan op termijn een beroep doen op het proceswater van Comeco dat in gezuiverde vorm mogelijk gedeeltelijk aan de planten gegeven kan worden. Dit zou de waterbevoorradingszekerheid van het serrebedrijf kunnen vergroten. Momenteel heeft het met de bassins een zelfvoorzieningsgraad van 80 procent.
Daarnaast krijgt het glastuinbouwbedrijf financiële middelen binnen door de levering van (groene) energie. Last but not least: “Dit pas ook erg goed bij onze duurzame bedrijfsvisie waarbij we lokale verankering van onze productie zoeken”, vertelt Vermeiren. Minister Verlinden voegt eraan toe dat consumenten dergelijk duurzaamheidsinitiatief kunnen waarderen waardoor de bedrijven er vermoedelijk ook marketingtechnisch voordeel uit kunnen halen.
Verlinden bracht ook nog een boodschap mee van het Vlaams Departement Landbouw en Visserij. Door de begrotingscrisis was Vlaamse minister van Landbouw Jo Brouns (cd&v) zelf verhinderd voor het evenement. “Brouns laat weten dat het afdeksysteem ClicFloats vanaf nu door het VLIF aanvaard wordt als waterbesparende maatregel.” Hierdoor is er 30 procent aan VLIF-steun mogelijk, bij jonge landbouwers wordt dat zelfs verhoogd tot 40 procent. “Belangrijk daarbij is wel dat er een duidelijk onderscheid gemaakt wordt op de factuur tussen het afdeksysteem enerzijds en de zonnepanelen anderzijds, daar deze laatsten niet subsidiabel zijn in het huidige VLIF”, voegt Brouns vanop afstand nog details toe.
Is er nu een fysieke verbinding tussen twee bedrijven. Op termijn kun je misschien ook denken aan een virtuele connectie waarbij het ene bedrijf energie afneemt als het andere bedrijf het niet nodig heeft
Naar virtuele connecties?
De aanwezige experts waren het erover eens dat soortgelijke samenwerkingen tussen verschillende bedrijven of zelfs sectoren in de toekomst veel mogelijkheden biedt. Vooral de glastuinbouw kan alternatieve verdienmodellen of bezuinigingen op de energieconsumptie goed gebruiken. De sector gaat gebukt onder de extreem hoge gasprijzen die de winterteelten voor dit jaar onmogelijk maken. “Uitwisseling van warmte of CO2 met de industrie kan op termijn een deel van het energievraagstuk in de glastuinbouw oplossen”, vertelt Herman Marien, expert energie in de glastuinbouw. “Is er nu een fysieke verbinding tussen twee bedrijven. Op termijn kun je misschien ook denken aan een virtuele connectie waarbij het ene bedrijf energie afneemt als het andere bedrijf het niet nodig heeft.”
Bron: Eigen berichtgeving
Beeld: Eigen fotografie / Meer Fresh Products