Rekenkamer kritisch over GLB: "Nationale plannen zetten te weinig in op vergroening"
nieuwsDe wetgeving rond het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) zet voldoende in op vergroening, maar dat wordt niet doorvertaald naar de nationale plannen. Ook heeft Europa het nagelaten om de Green Deal-doelstellingen te integreren in de GLB-wetgeving en wordt er onvoldoende ingezet op monitoring. Dat zijn de voornaamste kritieken van de Europese Rekenkamer op het Europees Landbouwbeleid.
Het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) is een belangrijk beleidsterrein van de Europese Unie. Maar liefst 31 procent van de EU-begroting voor 2021-2027 gaat naar landbouwbeleid. Het GLB bestaat uit twee fondsen: het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) en het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo). Beide fondsen betalen in de periode 2021-2027 378,5 miljard euro uit om op die manier een eerlijke inkomenssteun voor boeren te garanderen, bij te dragen aan voedselzekerheid en aan bestaanszekerheid op het platteland. Daarnaast wil Europa via het GLB de landbouw ook vergroenen zodat die bijdraagt aan de milieu- en klimaatambities van de EU.
Flexibiliteit voor de lidstaten
De Rekenkamer onderzocht in welke mate het landbouwbeleid van de lidstaten de Europese groene ambities helpt te realiseren. De Green Deal moet de EU tegen 2050 klimaatneutraal maken en het biodiversiteitsverlies en de milieuverontreiniging aanpakken. Via twee aparte strategieën zijn daar concrete doelstellingen voor de landbouwsector aan verbonden, zoals een toename van de biologisch bebouwde grond, een halvering van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en de afbouw - ook met de helft - van het verlies van nutriënten. De Europese landbouwers moeten eveneens hun broeikasgasemissies verminderen.
De EU heeft een kader voor het GLB uitgewerkt. Dat kader moest de lidstaten de nodige flexibiliteit bieden om de Europese doelstellingen te realiseren, aangepast aan de situatie in elke lidstaat. Ook ecoregelingen werden als instrument toegevoegd. Deze regelingen belonen praktijken die gunstig zijn voor klimaat, milieu of dierenwelzijn. Op basis van dat flexibel kader moest elke lidstaat een nationaal GLB-plan voorstellen met concrete maatregelen hoe men de Europese doelstellingen wou vertalen in nationaal beleid. Voor België werd een uitzondering gemaakt. In ons land mocht zowel Vlaanderen als Wallonië een eigen nationaal plan opmaken.

Groener, maar niet groen genoeg
Na een kritische doorlichting, waarbij de nationale landbouwplannen van Frankrijk, Spanje, Ierland en Polen meer in detail werden bekeken, concludeert de Europese Rekenkamer dat de GLB-plannen van de lidstaten over het algemeen wel groener zijn dan in de vorige periode, maar dat ze toch niet in overeenstemming zijn met de Europese milieu- en klimaatambities. “De groene opzet van het GLB is verbeterd. Zo moest met het nieuwe GLB aan meer voorwaarden worden voldaan om EU-geld te krijgen. Toch hebben we geen wezenlijke verschillen gezien in de landbouwplannen van de lidstaten tegenover de vorige periode”, zegt Nikolaos Milionis van de Europese Rekenkamer.
De nationale plannen laten geen substantiële groei van de groene ambities zien, zo stelt het verslag van de Rekenkamer. “Het lopende GLB zorgde ervoor dat de lidstaten bepaalde vereisten konden uithollen, en dat ook deden. Zo werden in alle 27 landen bepaalde categorieën van begunstigden van EU-steun vrijgesteld van de eis inzake vruchtwisseling. De eis om een minimumpercentage aan bouwland niet-productief te laten werd in 24 landen afgezwakt”, staat onder meer te lezen. Daarnaast stelt de Rekenkamer vast dat de groene impact van de nationale plannen nog verder kan afnemen omdat sommige voorwaarden na de boerenprotesten in het voorjaar zijn versoepeld, zoals bijvoorbeeld de verplichte gewasrotatie.

Doelstellingen Green Deal niet geïntegreerd
Dat is niet de enige kritiek van de Rekenkamer. Het controleorgaan heeft ook vastgesteld dat de doelstellingen uit de Green Deal niet geïntegreerd zijn in de GLB-wetgeving. “Nochtans is dit één van de belangrijkste beleidsmaatregelen van de EU op het gebied van klimaat en milieu”, luidt het. Volgens de Rekenkamer waren de lidstaten ook niet verplicht om de geschatte bijdragen van het GLB aan de streefdoelen van de Green Deal op te nemen in hun landbouwplannen. “Het enige meetbare streefdoel dat is opgenomen, is de toename van de biologische landbouwgrond. Maar het doel van de Green Deal voor 2030 op dat vlak lijkt nauwelijks haalbaar”, luidt het.
Verder benadrukken de auditors van de Rekenkamer dat het monitoringkader voor het beoordelen van de milieuprestaties van het GLB is vereenvoudigd, maar nog belangrijke elementen mist. Zo vermeldt de rapportage over actie die is ondernomen om emissies te beperken, niet of die emissies ook daadwerkelijk zijn afgenomen. De auditors bevelen daarom aan het kader te versterken, met duidelijke streefdoelen en resultaatindicatoren om de voortgang te meten.
Ecoregelingen
In de vier nationale plannen die diepgaand aan een analyse werden onderworpen, ging er speciale aandacht naar de ecoregelingen. Ecoregelingen zijn vrijwillig en de impact hangt af van de mate waarin de landbouwers er gebruik van maken en dus merkt de Rekenkamer op dat het moeilijk kan zijn om zowel een hoge deelname als een hoger ambitieniveau te realiseren. “In Duitsland bijvoorbeeld is het gebruik van ecoregelingen laag. Daarom voerde de Duitse overheid wijzigingen door, zoals het versoepelen van de milieueisen en een hoger betalingspercentage om deelname aan de ecoregelingen aantrekkelijker te maken”, illustreert het controleorgaan.
Daarnaast stelde het bij de beoordeling van de vier geselecteerde plannen ook vast dat de ecoregelingen in Ierland en Frankrijk voornamelijk een voortzetting van bestaande groene landbouwpraktijken waren. In Spanje en Polen vond men voorbeelden die de uitbreiding van groene praktijken mogelijk maakten, maar geen gegevens om de algehele, door de ecoregelingen voortgebrachte verandering te beoordelen. “De nieuw ingevoerde ecoregelingen laten dan weer zien dat ze tot weinig verandering leiden. Zo moesten in Frankrijk 99,9 procent van de landbouwers hun praktijken niet veranderen om toch GLB-steun te ontvangen”, benadrukt de Rekenkamer.
Aanbevelingen
“Op basis van onze bevindingen bevelen wij aan dat de Europese Commissie de uitwisseling van “groene” goede praktijken in de plannen bevordert, de bijdrage van het GLB aan de Green Deal‑streefdoelen inschat en het toekomstige GLB‑monitoringkader voor het klimaat en het milieu versterkt”, besluit het Europese controleorgaan.

Bron: Eigen berichtgeving
Beeld: Matthias Van Springel