Rasmussen: "Uitbreiding niet verknoeien door details"
nieuws'Van Kopenhagen tot Kopenhagen' is een slogan die nog veel zal weerklinken in Europese kringen. In 1993 werden de onderhandelingen over EU-lidmaatschap aangevat in Kopenhagen, in december 2002 moeten ze er worden afgesloten met tien landen. Het Deense voorzitterschap in de tweede helft van dit jaar is dan ook nu al verzekerd van historisch belang.
Totnogtoe hebben vooral de kandidaat-lidstaten moeite moeten doen. Zij hebben hun wetgeving en maatschappij moeten aanpassen aan de Europese regels. De komende maanden zijn het vooral de huidige lidstaten die moeite moeten doen. Zij moeten het eens worden over de financiële steun die de nieuwe lidstaten kunnen krijgen.
Hierover bestaat flinke verdeeldheid. Landen die nu netto meer betalen aan de Unie dan ze ervan krijgen, vrezen de factuur. Nederland en Duitsland spelen het hard, Zweden en Groot-Brittannië volgen. Inhoudelijk gaat het vooral om de inkomenssteun voor landbouwers, binnen het EU-landbouwbeleid. Daarnaast spelen twee andere dossiers met financiële implicaties: het regionaal beleid en de globale budgettaire rekening.
Rasmussen speelt zijn rol van EU-voorzitter goed. "We gaan deze historische kans toch niet verspelen door minimale kosten. De Europese Unie kost de huidige lidstaten één procent van hun BNP. De helft daarvan gaat naar het landbouwbeleid. De extra kost die er nu zou bijkomen, is 0,1 procent van ons BNP. We gaan de uitbreiding toch niet op het spel zetten voor minder dan één duizendste van onze jaarlijkse productie?".
Rasmussen is ervan overtuigd dat de uitbreiding van de Unie voordelig zal zijn voor zowel oude als nieuwe lidstaten. Daarom moet het traject verder worden afgewerkt, waarbij ieder land regel per regel de Europese wetgeving moet overnemen, alvorens toetreding.
De Deense premier roept de huidige lidstaten op de uitbreiding niet te laten afhangen van de komende hervorming van het landbouwbeleid. Onder druk van de Wereldhandelsorganisatie moet Europa de subsidiëring van zijn landbouw verminderen. Verschillende lidstaten, zoals Duitsland, willen via de financiering van de uitbreiding verkrijgen dat die landbouwsubsidies zeer sterk worden teruggedrongen. Voor Rasmussen mag niemand de uitbreiding gijzelen.
Voor hem is het nu of nooit. In 2003 en 2004 zal de Europese prioriteit gaan naar de Conventie en de Intergouvernementele Conferentie, die een nieuw basisverdrag voor de Unie moeten schrijven. In 2005 en 2006 moeten de EU-lidstaten het eens worden over het budget voor de Unie de komende jaren. Daarom moet de uitbreiding nu worden afgewerkt, zoniet is er jaren uitstel.
De grootste onzekerheid voor Rasmussen lijkt het Ierse referendum. De Ieren worden in oktober een tweede keer gevraagd het verdrag van Nice goed te keuren. Indien ze dat niet doen, wordt de uitbreiding organisatorisch onmogelijk. Momenteel weet niemand goed hoe dit probleem moet worden opgelost. De Ierse kiezer wordt trouwens verzekerd dat er geen "plan-B" is en dat hij dus voor een zware verantwoordelijkheid staat.
Bron: Belga