Oekraïens exportverbod voor tarwe ontlokt boze reacties

Oekraïne stopt half november met de export van tarwe. De regering houdt nog in beraad of er ook beperkingen komen op de uitvoer van gerst en maïs. De beslissing valt niet in goede aarde. Egypte vreest voor zijn graanbevoorrading. Landbouwcommissaris Dacian Ciolos is "enorm teleurgesteld", terwijl europarlementslid Paulo De Castro meent dat de ingreep enkel de graanmarkt meer ontwricht.

De Oekraïense regering maakte het uitvoerverbod woensdag bekend. De graanoogst valt door een combinatie van vorstschade en droogte fors tegen (-30%) en het land wil de eigen voorraad veilig stellen. De markt speculeerde al langer over een exportstop. Volgens EU-commissaris Ciolos zorgt het exportverbod voor onnodige spanning op de internationale graanmarkten en zijn het vooral de armsten die onder dit besluit te lijden hebben.

Ook Egypte, ’s werelds grootste tarwe-importeur, reageert geprikkeld. Het land bewaart slechte herinneringen aan de laatste keer dat er tarwe-exportverboden werden ingesteld. In 2010 deed Rusland dat. Dat kostte Egypte toen veel geld omdat het elders duurdere tarwe moest kopen.
Egypte zou volgens het Franse marktbureau Agritel nog twee Oekraïense tarweleveringen van elk 55.000 ton krijgen. Omdat die echter na 15 november gepland staan, is het de vraag of die tarwe nog wel in het Noord-Afrikaanse land terechtkomt.

Europarlementslid Paulo De Castro, tevens voorzitter van de Landbouwcommissie in het Europees halfrond, noemt het exportverbod "begrijpelijk vanuit een lokaal en korte termijnperspectief", maar het verleden leert volgens hem dat het alleen resulteert in meer druk op de markt en hogere internationale graanprijzen.