Nederland heft ophokplicht gedeeltelijk op
De ophokplicht voor Nederlandse pluimveebedrijven is opgeheven in zeven gebieden. Het gaat om regio's die grenzen aan Duitsland en om een aantal gebieden die grenzen aan België. Volgens deskundigen is het risico op een vogelgriepbesmetting op die plekken de afgelopen drie weken genoeg gedaald, waardoor minister Henk Staghouwer van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft besloten de al maanden durende ophokplicht op te heffen.
Hoewel er de afgelopen weken nog steeds besmettingen plaatsvonden in Nederland, wil Staghouwer de pluimveehouders "perspectief bieden", zo laat hij in een brief aan het parlement weten. Daarbij zegt hij onder andere dierenwelzijnsaspecten, de financiële schade voor de bedrijven en de maatschappelijke wens om een sector in Nederland te hebben, "waar kippen gedurende in elk geval een bepaalde periode buiten kunnen scharrelen", in zijn beslissing te hebben meegewogen.
Voor de regio's die niet aan de landsgrenzen liggen, is het risico op besmettingen nog te hoog om de ophokplicht in te trekken. Die ophokplicht is er al van kracht sinds 26 oktober 2021. Andere maatregelen die naast de ophokplicht zijn ingesteld voor de sector, zoals het verbod op wedstrijden en tentoonstellingen, blijven nog voor het hele land gelden.
In België heeft het federaal Voedselagentschap (FAVV) de ophokplicht al opgeheven sinds 14 mei. Het binnen voederen van dieren blijft wel verplicht. Ook benadrukt dat FAVV dat dat waakzaamheid nog steeds nodig is. “Er circuleert nog steeds een erg dodelijk mutatie van het vogelgriepvirus onder wilde vogels in ons land en onze buurlanden. Experten voorspellen dat het virus ook deze zomer nog zal blijven circuleren”, aldus het agentschap.
Bron: Belga / eigen berichtgeving