Natuurinclusieve melkveehouderij botst op dure grond en exportafhankelijkheid

Terwijl de Nederlandse regering plannen maakt om miljarden te mobiliseren voor de transitie van de landbouw, blijken de obstakels voor melkveehouders die willen overschakelen op een natuurinclusief bedrijfsmodel nog altijd hoog. Dat blijkt uit onderzoek van de Universiteit Utrecht.

29 november 2021  – Laatste update 29 november 2021 18:17
Lees meer over:

Op dit moment schatten de onderzoekers dat er zo’n tien procent van de 16.000 Nederlandse melkveehouders zijn die “natuur-inclusief” boeren. De term is ontstaan als antwoord op de “landschapspijn” die in Friesland gevoeld werd bij het intensiever bewerken van de arealen en gaat breder dan biologische productie. Nadruk ligt op het minimaliseren van inputs, werken met de natuur en het verhogen van de biodiversiteit en landschapskwaliteit.

"Veel boeren willen wel omschakelen", concluderen onderzoekers van de Universiteit Utrecht, "maar ze botsen tegen een aantal economische wetten en praktische bezwaren". Zoals een gebrek aan beleidssturing (wat is natuurinclusief precies en wat zijn de concrete ambities?), problemen met de ontwikkeling en overdracht van kennis, de lastige marktomstandigheden voor natuurinclusieve boerenproducten waardoor ze geen premium op de gangbare prijs krijgen en een gebrek aan middelen in het dure Nederland.

Financiering moeilijker

Ook krijgen natuurinclusieve boeren moeilijker financiering omdat banken niet gewend zijn aan hun bedrijfsmodellen. En daardoor zijn ze niet geneigd leningen aan hen te verstrekken, stellen de onderzoekers. In zuivelgrootmacht Nederland – de vierde grootste producent in liters van de EU – is weiland met een gemiddelde prijs van 59.000 euro per hectare bij de duurste van Europa.

In de erg exportgedreven Nederlandse melkveehouderij is het bovendien moeilijk om een “premium”-prijs te krijgen voor de natuurinclusieve melk of afgeleide producten. Hoewel een aanzienlijk deel van de Nederlandse melk naar Duitsland en Frankrijk gaat – de tweede en derde grootste markten voor biomelk ter wereld – is het moeilijk om daar afzet te vinden, als ze hun eigen productie opdrijven. Bovendien is natuurinclusieve melk niet noodzakelijk biologisch gecertificeerd.

Franse markt voor biomelk uit evenwicht
Uitgelicht
De markt voor Franse biomelk kampt met overproductie. Een deel van de biologische melkplas wordt nu als standaardmelk vergoed en coöperatie Biolait smeekt de Franse consument...
29 oktober 2021 Lees meer

Ongelijk speelveld

Geld is een belangrijk knelpunt, maar ook de ondersteuning vanuit de academische wereld is een probleem. "Qua onderzoeksfinanciering ligt de overweldigende focus op conventionele landbouwpraktijken en dat belemmert kennisontwikkeling over innovatieve landbouw," zegt onderzoeker Dorith Vermunt in een verklaring.

 "De overheid promoot nog steeds het 'high input, high output'-landbouwmodel als een levensvatbare optie, maar de negatieve effecten van dit model komen niet tot uitdrukking in de uiteindelijke productprijs. Positieve effecten op klimaat, bodem en ecosysteem worden niet beloond." Dit leidt volgens de onderzoekers tot een ongelijk speelveld tussen conventionele landbouw en natuurinclusieve landbouw.

Ook is het landbouwonderwijs nog steeds sterk gericht op conventionele landbouw. "Dit komt deels doordat studenten vaak het bedrijfsmodel willen voortzetten waarin ze zijn opgegroeid," aldus nog de onderzoekers.

Bron: Foodlog / eigen berichtgeving

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek