Naar een 'licence to produce' voor de varkenshouderij?

De Belgian Feed Association (BFA) is geen voorstander van een warme sanering om de stikstofproblematiek en de crisis in de varkenshouderij aan te pakken. Wel gelooft de Belgische veevoedersector in een ‘licence to produce’, een algemene score die aan stallen wordt toegekend. “Stallen die niet aan de standaardeisen voldoen, mogen niet meer gebruikt worden”, zegt voorzitter Dirk Van Thielen. Op die manier wil BFA toekomstgerichte bedrijven de crisis helpen doorkomen.

3 oktober 2021  – Laatste update 5 oktober 2021 9:10
Lees meer over:
Biggen_stal_bioveiligheid

Voedergrondstoffen fors duurder

De diepsnijdende crisis in de varkenshouderij was het onderwerp van gesprek tijdens de Algemene Vergadering van BFA, die voor het eerst in twee jaar opnieuw fysiek kon plaatsvinden. Voorzitter Van Thielen trachtte aan de hand van grafieken en cijfers bevattelijk te maken hoe ernstig de situatie is op heel wat varkensbedrijven. “Op één jaar tijd is de prijs voor eenzelfde korf van voedergrondstoffen gestegen van 247 euro naar 311 euro per ton, een toename van 64 euro per ton”, stelt hij.

Die stijging van de grondstoffenprijs heeft zich ook vertaald naar een stijging van de veevoederprijzen, al is die beperkter. “Voor varkens is de voederprijs op één jaar tijd omhoog gegaan met 52 euro. Dit impliceert dat ook de veevoederfabrikanten ingeboet hebben op hun marge”, benadrukt Van Thielen. “Zeggen dat iedereen zijn marge behoudt op kap van de boeren, klopt niet. De crisis doet ook de veevoedersector pijn en zal een negatief effect hebben op de cash flow, de rendabiliteit en de solvabiliteit van onze leden-bedrijven.”

0

52 euro per ton is de voederkost voor varkenshouders gestegen op 1 jaar tijd

0

13 cent per kilo zijn de varkensprijzen op 1 jaar tijd gedaald

0

32 euro per varken verliest een varkenshouder op een slachtrijp varken

Toch erkent de BFA-voorzitter dat de crisis het zwaarst is voor de varkenshouders. De stijging van de voederkost met 52 euro per ton zorgt er immers voor dat de productiekost voor een varken gestegen is met 15 cent per kilo. Tegelijk zijn de varkensprijzen ook fors gedaald met 13 cent per kilo (levend), al merkt Van Thielen op dat in die berekening de stijging van deze week (-4,7 cent) nog niet meegerekend is. “Dat maakt dat een varkenshouder vandaag 28 cent per kilo verliest. Op een slachtrijp varken van 115 kilo gaat het om een verlies van 32 euro. “En andere kostprijsstijgingen zoals energie hebben we hier nog buiten beschouwing gelaten”, klinkt het.

Ook in de braadkippensector weegt de stijging van de grondstoffen zwaar door. De veevoederprijzen voor braadkippen zijn op één jaar tijd nog forser gestegen dan die voor varkens, namelijk met 62 euro per ton. Dat maakt dat de productiekost voor braadkippen opgelopen is met 10,5 cent per kilo. Toch is de crisis in deze sector veel minder aan de orde omdat ook de prijzen het afgelopen jaar met 10 cent naar omhoog zijn gegaan. “Maar ook hier is de situatie niet echt rooskleurig”, is te horen bij BFA.

Concurrentieel nadeel van 5 tot 10 euro per varken

Maar de focus ligt logischerwijs op de varkenssector, stelt de sectorfederatie. “Al sinds de uitbraak van Afrikaanse varkenspest bij everzwijnen in Wallonië in de zomer van 2018 worden de varkenshouders geconfronteerd met een concurrentieel nadeel tegenover hun collega-veehouders in de omliggende landen van 5 tot 10 euro per varken”, meent Van Thielen. “Bovendien hebben heel wat varkenshouders coronasteun gekregen van hun nationale overheid. In Vlaanderen is dat niet het geval en door de combinatie van die twee factoren snijdt de crisis hier veel dieper dan in onze buurlanden.”

dirk van thielen voorzitter BFA portret

Alle varkenshouders verliezen vandaag geld, maar dat betekent niet dat elke boer ook betalingsproblemen heeft

Dirk Van Thielen - Voorzitter BFA

BFA ziet dat alle varkenshouders vandaag geld verliezen, maar dat betekent niet dat elke boer ook betalingsproblemen heeft. “Sommige varkenshouders teren op hun spaarcenten. We merken dat vooral dat bij jonge boeren en bij bedrijven die recent geïnvesteerd hebben, de nood aan liquiditeiten hoog is. De betalingstermijnen voor veevoederfacturen lopen daardoor op. Op die manier bufferen onze leden een deel van het probleem.” Stijgende integratie, waarbij de boer in loondienst voor de veevoederfabrikant gaat werken, is volgens Van Thielen zeker niet aan de orde. “Integendeel, we zien daar eerder een daling, dan een stijging. Wel gaan vleesvarkenshouders en zeugenhouders bijvoorbeeld nauwer samenwerken.”

Aanpak op korte termijn

Om de ergste noden in de varkenshouderij aan te pakken, roept BFA de overheid op om kleine tegemoetkomingen, zoals de Belporkbijdrage, te schrappen. Daarnaast wordt er ook gevraagd om schadeloosstelling in het kader van Covid-maatregelen, naar analogie met Wallonië en Duitsland. “We vragen niet hetzelfde bedrag, enkel een gedeeltelijke schadevergoeding zoals dat ook gebeurd is in andere sectoren, zoals horeca, kappers en toerisme”, legt BFA-directeur Katrien D'hooghe uit. Zij wijst erop dat de schade die de varkenssector vandaag treft, veroorzaakt wordt door externe factoren en niet door de sector zelf.

Daarnaast wil de veevoedersector ook dat er meer wordt ingezet op export. “De oplossing moet uit de markt komen, vandaar dat het hervatten van de export naar derde landen zo belangrijk is. Ook voor de vierkantsverwaarding van het varken is die uitvoer bijzonder belangrijk. We roepen hierbij de hulp in van alle betrokkenen, ook het inzetten van attachées die markten opnieuw kunnen open maken”, aldus D'hooghe.

De retail wordt op zijn beurt opgeroepen om verantwoordelijkheid op te nemen. “Voeding niet langer gebruiken als concurrentieel wapen zou een mooi gebaar zijn”, luidt het. “Er worden heel veel duurzaamheidseisen gesteld aan de productie, maar daar staat een prijs tegenover. Dat moet ook de consument beseffen en de retail kan een belangrijke rol spelen in de heropvoeding van de consument.”

dirk van thielen voorzitter BFA portret

De tussenschakels mogen zich niet laten verleiden om een neerwaartse spiraal in te zetten om eigen belangen te dienen. Voedsel is daarvoor te kostbaar

Dirk Van Thielen - Voorzitter BFA

Van Thielen wijst erop dat duurzaam betekent dat het moet blijven duren. “En dat in alle betekenissen van het woord: op vlak  van milieu, klimaat, diervriendelijkheid, maar ook op financieel vlak. De tussenschakels mogen zich niet laten verleiden om een neerwaartse spiraal in te zetten om eigen belangen te dienen. Voedsel is daarvoor te kostbaar.” Daarnaast wordt aan de retail ook gevraagd dat ze maximaal varkensvlees van bij ons promoten.

Structurele aanpak

Dit zijn allemaal eerder korte termijnoplossingen die broodnodig zijn om de sector door de crisis te loodsen. Daarnaast wil BFA ook mee nadenken over structurele oplossingen. De oprichting van een brancheorganisatie (BO) voor de sector is een eerste stap in de goede richting. Ook moet er gekeken worden naar het realiseren van meer meerwaarde in eigen land. Door de loonkost gebeurt het grootste deel van de versnijding in het buitenland en wordt de toegevoegde waarde ook daar gerealiseerd. “We moeten kijken hoe dit anders kan”, aldus de directeur.

Daarnaast vindt hij dat de sector zichzelf ook in vraag moet durven stellen. “Welke varkenshouderij willen we in 2030? Vandaag zien we dat er veel op de sector afkomt. In plaats van dossier per dossier een oplossing te zoeken, zouden we beter kijken naar een globaal antwoord op alle uitdagingen”, klinkt het. BFA is van mening dat de groei van de veestapel in zijn geheel geen streefdoel is. “Maar duurzame, individuele groei moet wel mogelijk blijven voor toekomstgerichte bedrijven”, meent D'hooghe.

Katrien D'hooghe directeur BFA portret

Er komt vandaag veel op de sector af. In plaats van dossier per dossier een oplossing te zoeken, zouden we beter kijken naar een globaal antwoord op alle uitdagingen

Katrien D'hooghe - Directeur BFA

In dat verband doet de sectorfederatie een voorstel dat behoorlijk in het oog springt. “We stellen voor om naar analogie met de EPC-score van huizen, een algemene score toe te kennen aan stallen. Stallen die niet aan de standaardvereisten voldoen, mogen niet meer gebruikt worden. Wil een stal in productie blijven, dan heeft hij een ‘licence to produce’-certificaat nodig.” Wanneer verouderde stal- of managementsystemen uit productie genomen worden, kunnen volgens BFA heel wat doelstellingen gecombineerd worden: duurzaamheid inzake milieu en klimaat, diervriendelijkheid, vermindering van de veestapel op de juiste plaatsen, enz.

“En in dat kader kan het ook een antwoord vormen op de stikstofproblematiek”, stelt de federatie. “We vragen dat de financiële middelen maximaal aangewend worden om toekomstgerichte bedrijven en technieken te ondersteunen. We willen dus geen algemene warme sanering, maar wel een goed flankerend beleid voor die bedrijven die het hardst geconfronteerd worden met specifieke beleidskeuzes.” BFA beseft dat een groot deel van het kapitaal van een boer vaak in zijn gebouwen zit. “Daarom vragen we dat wordt gezocht naar een alternatief voor het bedrijf van kandidaat-stoppers of dat er maximaal ingezet wordt op reconversie”, leggen Van Thielen en D'hooghe uit.

Bron: Eigen verslaggeving

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek