Minder Nederlanders naar opleiding diergeneeskunde waar interesse in landbouwdieren lauw is

De invoering van een toelatingsexamen om de instroom van studenten diergeneeskunde in te perken heeft duidelijk zijn effect gehad. De UGent noteerde vorig jaar 117 eerstejaars, tegenover 363 twee jaar geleden. “De enorme groei van het aantal studenten, zeker vanuit het buitenland, zette de opleiding Diergeneeskunde onder grote druk zonder dat het leidde tot genoeg dierenartsen”, verklaart Ben Weyts, Vlaams minister van Onderwijs en Dierenwelzijn (N-VA). Dit academiejaar wordt de bindende voorkeur ingevoerd om het quotum van 240 maximaal in te vullen. Bij de universiteiten vernemen we dat de meeste instromers geïnteresseerd zijn in paarden en gezelschapsdieren.

13 maart 2024  – Laatst bijgewerkt om 14 maart 2024 14:41 Jerom Rozendaal
Lees meer over:

Het aantal studenten in de opleiding Diergeneeskunde steeg op 20 jaar met 100 procent in Antwerpen en Gent, de enige twee Vlaamse universiteiten een diergeneeskundige opleiding aanbieden. Door de grote instroom kwam volgens de universiteiten de kwaliteit van het onderwijs in gevaar. “Er dreigden te veel studenten te zijn voor het aantal docenten, de studenten dreigden ook te weinig praktijkervaring op te doen en tijdens practica zouden steeds dezelfde handelingen overgedaan moeten worden met steeds dezelfde dieren”, zegt het kabinet van Vlaams minister van Onderwijs en Dierenwelzijn Ben Weyts die vorig jaar besloot het toelatingsexamen in te voeren.

Numerus fixus

Door toelatingseisen op te leggen, wilde Weyts ook de toestroom van buitenlandse, vooral Nederlandse studenten, inperken. Doordat Vlaanderen in tegenstelling tot Nederland geen toelatingsexamen kende, was ons land zeer populair bij onze noorderburen. “De enorme groei van het aantal buitenlandse studenten, zette de opleiding Diergeneeskunde onder grote druk, terwijl dat niet leidde tot genoeg Vlaamse dierenartsen”, zegt Weyts.

Door met het toelatingsexamen een drempel in te bouwen is het aantal Nederlandse eerstejaars Diergeneeskunde fors gedaald van 40 procent naar 13 procent. “De toelatingsproef zorgt nu wel voor minder buitenlandse studenten. Dat is goed voor de kwaliteit én voor het dierenwelzijn”, constateert Weyts. Behalve het toelatingseisen voerde hij ook een numerus fixus, een quotum, in van 240. Dat wil zeggen dat er maximaal 240 studenten mogen beginnen aan de opleiding in Vlaanderen.  

Bindende voorkeur

Nieuw vanaf dit jaar is de bindende voorkeur. De kandidaat-dierenartsen die ook hun kans wagen bij het toelatingsexamen arts en/of het toelatingsexamen tandarts moeten vanaf dit jaar nu ook op voorhand een bindende voorkeur opgeven. Als ze dan slagen voor meerdere toelatingsexamens moeten ze kiezen voor hun voorkeur. Het systeem met bindende voorkeur bestond al bij de toelatingsexamens arts en tandarts en wordt nu dus uitgebreid naar het toelatingsexamen dierenarts. De bedoeling is om zo het vooropgestelde quotum van 240 studenten diergeneeskunde volledig te vullen.

Op de universiteit van Gent wordt enthousiast gereageerd op de maatregelen van Weyts, alhoewel het weren van buitenlandse studenten niet de belangrijkste drijfveer was voor de opleiding. “Wij waren al jaren vragende partij voor een toelatingsexamen”, zegt Angelique Delang, beleidsmedewerker op de faculteit Diergeneeskunde van UGent. “De grote groepen studenten vormden vooral bij praktische vakken een bedreiging voor de kwaliteit van ons onderwijs.” Door het toelatingsexamen verminderde niet alleen het aantal aanmeldingen, ook de kwaliteit van instromers ging omhoog met als resultaat hogere slaagpercentages in de eerste bachelor in januari 2024. “Hierdoor vergroot de kans dat eerstejaarsstudenten ook daadwerkelijk afstuderen”, aldus Delang.

UGent constateert dat de populariteit van de opleiding Diergeneeskunde in de lift zat. Tijdens het academiejaar 2022-2023, voor de invoering van het toelatingsexamen, waren nog 363 studenten ingeschreven. Dit academiejaar zijn dat er 117. Wat Gent betreft waren er voor het toelatingsexamens gemiddeld 30 procent buitenlandse studenten en nu nog 13,7 procent.

Specialisatie landbouwdieren minst populair

Opvallend is dat de interesse voor de afstudeerrichting landbouwdieren het laagst is. Binnen de studies Diergeneeskunde kan men na 4,5 jaar een keuze maken voor de richtingen ‘varkens, pluimvee en konijnen’, ‘herkauwers’, ‘onderzoek’, ‘gezelschapsdieren’ en ‘paarden’. “Vooral de laatste twee afstudeerrichtingen zijn populair”, vertelt Delang. Zij schat hun gezamenlijk aandeel op zo’n 70 procent. Slechts 24 procent van de studenten Diergeneeskunde kiest een specialisatie met landbouwdieren. De overige studenten kiezen voor de optie onderzoek.

Een ander fenomeen is het stijgend aandeel van vrouwen in de opleiding. Waar vrouwen 30 jaar geleden nog de helft uitmaakten, ligt dat percentage momenteel boven de 80 procent.

Open brief Vlaamse dierenartsen: “Dit is waarom de veehouders onze steun verdienen”
Uitgelicht
De vereniging van Vlaamse dierenartsen (VeDa) laat in een open brief weten de geweldloze acties van de Vlaamse veehouders te ondersteunen. “Als beroepsgroep zijn we al decenni...
5 februari 2024 Lees meer

Bron: Eigen berichtgeving

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek