Met eerste Vlaamse Herdersdag willen herders vuist maken naar beleid
duidingEen groep van vijftig herders kwam vorige week samen in Mol tijdens de eerste Vlaamse herdersdag. Het event kadert in het LEADER-project ‘Schaap_GPT’ van KEMP vzw en Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete dat de sectoren landbouw en natuur dichter bij elkaar wil brengen via geherderde begrazingsprojecten. “Met de herdersdag willen we vooral samenwerking tussen de herders onderling stimuleren. Onze sector groeit, maar we hebben te maken met uitdagingen die ons voortbestaan bedreigen. Kennisuitwisseling en krachtenbundeling is essentieel om de duurzame toekomst van schapenbegrazing te waarborgen.”
“Een eeuwenoude ambacht krijgt een nieuwe toekomst: steeds meer jonge ondernemers kiezen vandaag voor schapenbegrazing als natuurlijke en duurzame methode voor natuur- en landschapsbeheer”, klinkt het bij de provincie Antwerpen, één van de partners in het LEADER-project ‘Schaap_GPT’.
In het kader van dit project vond vorige week woensdag in het Ecocentrum in Mol de eerste Vlaamse herdersdag plaats. Zo’n 50 herders kwamen er bijeen en hoorden diverse presentaties waar de uitdagingen, noden en kansen van de sector besproken werden, denk aan de impact van het blauwtongvirus of het potentieel van wol en wolverwerking. Stijn Massart van Woolwise demonstreerde een instrument om de wolkwaliteit te meten.
Meer natuur, meer herders
Schapenhouder Maarten D'hondt kadert de groei van de sector: “Er komt steeds meer natuur in Vlaanderen en er is beweiding nodig om die natuur in stand te houden. Daar hebben schapen eeuwenlang garant voor gestaan.” De Kempenaar die in de regio Geel 1.500 schapen inzet natuurbeweiding schat het aantal professionele schapenhouders gespecialiseerd in natuur- en landschapsbegrazing in Vlaanderen op 45 à 50, maar er komen steeds meer bij. “Alleen wij hebben al vijf mensen in dienst.” Naast natuurbeweiding zet hij jaarlijks zo’n 500 ram lammeren voor het vlees.
D'hondt is ook directeur van de vzw Kemp die zich inzet om natuur- en landschapsonderhoud door begrazing met schapen te promoten en faciliteren. “Door te begrazen wordt de rijkdom aan planten in het terrein aanzienlijk vergroot. De natuurlijke zaadbank die in de bodem aanwezig is krijgt meer kans om zich te ontwikkelen ten koste van woekerplanten. Een groter arsenaal aan planten betekent automatisch dat het begraasde terrein meer CO2 zal capteren. Dat is een win-winsituatie voor het klimaat”, schets hij de meerwaarde.
Ondanks het groeiende potentieel van de schapenhouderij, ziet D'hondt een aantal uitdagingen die de toekomst van de sector bedreigen. “Er zijn dit jaar veel schapen omgekomen door het blauwtongvirus en daarnaast zijn wij constant afhankelijk van overheidsopdrachten.” Volgens de schapenhouder is het essentieel dat de Vlaamse herders hun krachten bundelen, gezamenlijke standpunten formuleren en voorstellen doen voor het beleid.
Frictie landbouw en natuur
Als voorbeeld noemt hij de juridische moeilijkheden waarbij schapenbedrijven die zich inzetten voor natuurbeheer balanceren tussen natuur- en landbouwwetgeving. “Wij moeten bijvoorbeeld bij de verzamelaanvraag aangeven welke percelen wij begrazen. Als er vervolgens een controleur langskomt, wordt een deel van deze percelen geschrapt omdat ze bijvoorbeeld een andere bestemming hebben.” Volgens D'hondt staat de Vlaamse wetgeving wat dat betreft haaks op die van Europa. “Volgens de Europese wetgeving wordt alles dat begraasd wordt als landbouwactiviteit beschouwd.”
Ook in de wisselwerking met natuurbeherende organisaties is er volgens D'hondt veel verbetering mogelijk, één van de doelen van het LEADER-project. “De voordelen van natuurbegrazing moeten beter gecommuniceerd worden, zodat natuurbeherende organisaties sneller aan ons denken als het gaat om natuurbeheer”, stelt hij. Het is ook de reden dat Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete in het project betrokken is. Expert erfgoed van de organisatie, Els Oostvogels, ziet alvast grote voordelen van natuurbegrazing. “Wij hebben in de Kempen nog relatief veel weide en schapen zijn ideaal voor onderhoud en om bebossing tegen te gaan. Dat doen ze al eeuwenlang.” Vandaar dat er ook een cultureel element verbonden is aan de inzet van schapen in natuurgebieden.
Winterbegrazing op graanakkers
Een andere element dat op de Vlaamse herdersdag naar voren kwam als mogelijke kans voor natuurbegrazing, is winterbegrazing bij landbouwers. Het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO) gaf tijdens het event een overzicht van zijn studie naar de mogelijkheden. “In de winter zijn natuurgebieden niet altijd geschikt voor begrazing waardoor de herder alternatieven zoekt”, legt de D'hondt uit.
Momenteel voeren schapenhouders al veelvuldig winterbegrazing uit bij melkveehouders op grasvelden. “Schapen houden het gras in de winter kort zonder structuurschade aan te brengen. Hierdoor is het veld in het voorjaar beter begaanbaar voor bemesting. Daarnaast is begrazing positief voor de bodembiologie door de uitwerpselen van de schapen en ook wordt er koolstof opgeslagen in de bodem doordat wortels afsterven”, aldus D'hondt. “In het INBO-onderzoek worden deze voordelen gekwantificeerd waardoor we in de toekomst mogelijk nog meer melkveehouders kunnen bereiken.”
In zijn onderzoek besteedt INBO daarnaast ook aandacht voor winterbegrazing op graanpercelen, iets wat in landen als Frankrijk, Engeland en ook Wallonië al gemeengoed is, maar hier niet voorkomt. “De schapen eten een deel van het blad op waardoor de uitstoeling (de vertakking van het graan) verbetert en je een gezonder gewas hebt”, aldus D'hondt. Hij verwijst naar proeven bij akkerbouwer Jacob Van Deborne in februari dit jaar. “Bij de begraasde percelen zagen we tien procent meer graanopbrengst in vergelijking met de niet-begraasde percelen.”
