Maai Mei Niet zorgt niet voor meer bloemen: Tuinen zijn overbemest
nieuwsHet gemiddeld Vlaams gazon heeft te veel fosfor in de bodem om spontaan een weelderige bloementuin te laten bloeien. Het teveel aan fosfor laat grassen en andere snelgroeiende plantensoorten domineren. Dat blijkt uit het burgeronderzoek FlowerPower De Tuin van hogeschool HOGENT dat drie jaar lang liep. “Campagnes zoals ‘Maai Mei Niet’ die stilaan ingeburgerd geraken in Vlaanderen hebben daardoor weinig effect”, klinkt het.
Drie proefopstellingen
Een paar jaar na de introductie is ‘Maai Mei Niet’ intussen een bekend fenomeen: tijdens de meimaand engageren burgers, steden en gemeenten zich om hun tuin niet te maaien om zo meer bloemen te laten schieten in gazons en dus de biodiversiteit in de Vlaamse tuinen te verhogen. Drie jaar lang onderzocht HOGENT de praktijk in 492 Vlaamse tuinen en dat leidt tot een aantal opvallende vaststellingen.
De eigenaars van de deelnemende tuinen maakten in hun tuin drie proefvakken. In het eerste vak werd, zoals de regels van ‘Maai Mei Niet’, niet gemaaid in mei. Het tweede vak werd ook niet gemaaid in die periode, maar er werden wel bloemen bijgezaaid. In het derde vak tot slot werd een graszode weggehaald en werd een mengsel van bloemenzaden ingezaaid. Dat gebeurde drie jaar lang.
'Maai Mei Niet' kende minder bloemrijke editie
5 juni 2024Te veel fosfor
Uit deze proefopstelling blijkt dat het simpelweg niet maaien niet werkt. In één op vijf van de tuinen stond geen enkele bloem in het proefvak waarin minder gemaaid werd, zelfs niet na drie jaar. Extra bloemenzaad toevoegen aan het gras leverden wel extra bloemen op, maar dat waren maar een beperkt aantal en meer algemene soorten. Wat het beste werkte, was het verwijderen van de graszoden. De zaden kiemden beter in de aarde dan in de grasmat en dat zorgde niet alleen voor meer bloemen, maar ook voor meer soorten.
De onderzoekers schrijven het resultaat toe aan de overbemesting in Vlaamse tuinen. Slechts zeven procent van de FlowerPower-bodems heeft een fosforconcentratie die laag genoeg is om de groei van dominante grassen te beperken. De onderzoekers troffen extreem fosforarme bodems aan - met 3 milligram plantbeschikbaar fosfor per kilogram bodem - tot extreem fosforrijke bodems, met 185 mg per kg. De gemiddelde fosforconcentratie was 72 mg fosfor per kg bodem. Dat is erg rijk aan fosfor en wijst op een verleden waarin vaak en veel bemest werd. Dat kan dan zijn door recente bemesting van het gazon of door historische bemesting tijdens een ander landgebruik, zoals landbouwgrond, moestuin of bij sommige deelnemers een kippenren.
Bewustzijn rond biodiversiteit
Een andere conclusie van de onderzoekers is dat een bloemrijk grasland ook een belangrijke bijdrage levert aan de biodiversiteit. Hoe meer bloemen in de proefvlakken, hoe meer verschillende soorten bloembezoekers zoals bijen en vlinders werden waargenomen. Dit gold zowel voor stadstuinen als voor landelijke tuinen, het omliggende landschap speelde dus geen rol.
“De bevindingen van dit project zijn waardevol voor iedereen met een tuin”, luidt het. En ook al zijn de resultaten niet meteen positief voor een initiatief als ‘Maai Mei Niet’, het zorgt er volgens de onderzoekers wel voor dat het bewustzijn over biodiversiteit in de tuin vergroot. En een geavanceerder maaibeheer en regelmatig open kiemplekjes maken en inzaaien, kan bloemen voorsprong geven.
Het eindrapport, tips om zelf in je tuin aan de slag te gaan, de podcast en educatief materiaal vind je op de website van HOGENT.
Bron: Eigen berichtgeving
