Limburgse fruitteler doet gouden zaken in Tsjechië

"Het is mijn fout niet dat de Belgische fruittelers het moeilijk hebben, wel die van de overheid en de veilingen". Dat zegt de 57-jarige Benny Punie, een Limburgse fruitboer die al 15 jaar een fruitteeltbedrijf runt in Tsjechië. Hij reageert daarmee op berichten dat onze fruittelers het steeds moeilijker hebben om de concurrentie uit 'het Oostblok' het hoofd te bieden.

Vorige week lieten de kriekenboeren weten dat ze liefst twee miljoen krieken moeten laten rotten aan de bomen omdat geoogste exemplaren niet verkocht raken. Boeren uit Tsjechië en Polen verkopen aan twintig cent per kilogram, terwijl de Vlaamse telers naar eigen zeggen niet onder de dertig cent kunnen duiken. Volgens sommige experts is het niet uitgesloten dat dergelijk scenario zich straks ook voordoet in de peren- en appelenteelt.

"Dat kan", zegt Punie in Het Laatste Nieuws. De boer heeft op veertig kilometer van Praag een fruitteeltbedrijf van 420 hectare. Tijdens de topmaanden heeft hij maar liefst 600 arbeiders in dienst. Op jaarbasis voert hij een half miljoen krieken uit naar ons land. "Maar ik voel me niet schuldig. De overheid moet dringend ingrijpen als ze wil dat er bij jullie over enkele jaren nog sprake is van fruitteelt", zo luidt het.

Punie heeft destijds Alken vaarwel gezegd "omdat het niet meer leefbaar was". De geëmigreerde teler had in ons land een aardbeienbedrijf van slechts drie hectare. "Toch botste ik op een overreglementering van jewelste. Ik kreeg daarnaast nog de ene controle na de andere voor mijn personeel. Ik was dat allemaal beu, want ik voelde me niet gesteund door de overheid of de veilingen. Ik ben niet naar Tsjechië getrokken omdat ik dat wou, maar omdat ik moést".

In Tsjechië bedraagt de grondprijs volgens Punie slechts een tiende van die in België en voor zijn personeel betaalt hij maar de helft. "En als je doet wat je moet doen, vallen ze niet om de haverklap binnen voor weer één of andere controle". Toch vindt hij dat de Vlaamse fruittelers niet moeten klagen over de concurrentie uit Oost-Europa. "80 procent van hun perenoogst komt momenteel nog naar hier, dan moet je er ook eens tegen kunnen dat er eens iets uit de andere richting komt".

"Bovendien verbied ik niemand om hier te beginnen", gaat Punie verder. "Zo makkelijk is dat niet. Om te beginnen staat niemand hier op een Belg te wachten die een fruitbedrijf uit de grond wil stampen. De taal is ook niet simpel en de eerste jaren zie je zwarte sneeuw omdat je toch een paar jaar op het eerste fruit moet wachten".