nieuws

"Lage rendabiliteit maakt iedereen nog jaren kwetsbaar"

nieuws
Terwijl de bespreking en stemming van het Mestdecreet in de commissie Leefmilieu nog bezig was, deed Riccy Focke van de vzw Boeren op een Kruispunt het verhaal van boeren en tuinders in nood in de commissie Landbouw van het Vlaams Parlement. Alle signalen staan op rood voor de doelgroep van de hulporganisatie. Jaarlijks zijn er een 200-tal nieuwe aanmeldingen maar in het eerste kwartaal van 2015 staat de teller al op 76 gezinnen. De adviseurs van Boeren op een Kruispunt doen ieder jaar 1.000 (!) huisbezoeken. Tezelfdertijd gaan er in opdracht van de vzw psychologen en vrijwilligers ‘de boer op’. Directeur Focke relativeert zelf de cijfers: “Ons werk laat zich niet afmeten aan hulpvragen en huisbezoeken maar aan het resultaat dat we boeken bij boeren en tuinders in nood.” Hij benadrukt dat iedereen kwetsbaar is door de lage rendabiliteit in land- en tuinbouw maar evenzeer door onvoorziene omstandigheden, denk maar aan de beruchte brieven met ‘code rood’ voor veehouders.
4 juni 2015  – Laatst bijgewerkt om 14 september 2020 14:30
Lees meer over:

Terwijl de bespreking en stemming van het Mestdecreet in de commissie Leefmilieu nog bezig was, deed Riccy Focke van de vzw Boeren op een Kruispunt het verhaal van boeren en tuinders in nood in de commissie Landbouw van het Vlaams Parlement. Alle signalen staan op rood voor de doelgroep van de hulporganisatie. Jaarlijks zijn er een 200-tal nieuwe aanmeldingen maar in het eerste kwartaal van 2015 staat de teller al op 76 gezinnen. De adviseurs van Boeren op een Kruispunt doen ieder jaar 1.000 (!) huisbezoeken. Tezelfdertijd gaan er in opdracht van de vzw psychologen en vrijwilligers ‘de boer op’. Directeur Focke relativeert zelf de cijfers: “Ons werk laat zich niet afmeten aan hulpvragen en huisbezoeken maar aan het resultaat dat we boeken bij boeren en tuinders in nood.” Hij benadrukt dat iedereen kwetsbaar is door de lage rendabiliteit in land- en tuinbouw maar evenzeer door onvoorziene omstandigheden, denk maar aan de beruchte brieven met ‘code rood’ voor veehouders.

Over de partijgrenzen heen wordt in het Vlaams Parlement met veel waardering gesproken over het werk dat Boeren op een Kruispunt doet. Naar aanleiding van het jaarverslag van de hulporganisatie gaf directeur Riccy Focke in de commissie Landbouw toelichting bij de problemen die land- en tuinbouwers in nood ervaren. “Bij de start acht jaar geleden hadden we ons verwacht aan 50 hulpvragen per jaar maar nu zijn er jaarlijks 200 nieuwe aanmeldingen. Bijna iedere werkdag belt dus wel ergens in Vlaanderen een boer of tuinder in nood. En er zijn nog zoveel boeren in nood die niet durven of kunnen bellen. ”

In 2014 ging het in de helft van de gevallen om een landbouwer of landbouwersgezin uit West-Vlaanderen. Rekening houdend met het aantal landbouwbedrijven komen er relatief gezien meer aanmeldingen vanuit Antwerpen. Bij Boeren op een Kruispunt ervaart men dat de grote investeringen die daar gebeuren, bijvoorbeeld in nieuwe melkveestallen, een rol spelen. “Als mens loop je dan sneller tegen je grenzen aan”, aldus Focke.

Verrassend maar waar blijken grote bedrijven in de melkveehouderij het meest kwetsbaar. Dat heeft te maken met de kostprijs van melkrobots of ingehuurde arbeid om al het werk gedaan te krijgen, de dure extra grond die nodig is voor mestafzet en ruwvoederproductie, hoge financieringskosten, enz. Bij de hulporganisatie kloppen mensen aan die met het oog op het verdwijnen van de melkquota zwaar investeerden maar nu geconfronteerd worden met een melkprijs die 30 procent onderaf ging. Aflossingsproblemen hoeven geen drama te zijn als dat voor de bank bespreekbaar is, maar een ondernemer maakt zich uiteraard zorgen als hij na amper een jaar financiering al om uitstel van aflossing moeten vragen terwijl de financiering reeds 20 jaar loopt.

Niet investeren, lijkt evenmin een goede strategie. “We krijgen heel wat aanmeldingen van melkveehouders die 200.000 tot 400.000 liter melk op jaarbasis produceren”, vertelt Riccy Focke. “Bij een cashflow van 10 cent per liter hebben zij weinig geld te besteden en zijn er geen reserves om de volatiliteit van de markt op te vangen. Dat verklaart de druk om te groeien. Maar dit ligt niet in ieders bereik want de grote boeren van morgen zullen grote ondernemers moeten zijn.”

Door de algemeen lage rendabiliteit in land- en tuinbouw is het in elke deelsector knokken. In de varkenssector gaat het al langer niet goed. Bovendien zijn de leveranciersschulden bij veel boeren zodanig hoog opgelopen dat ze die schuld niet met één goed jaar kunnen aanzuiveren. “Op varkensbedrijven waar man en vrouw allebei 3.000 uur per jaar werken zonder er een cent aan over te houden, moet men zich toch eens de vraag stellen wanneer een leveranciersschuld van zes cijfers ooit terugbetaald zal geraken.”

In de fruitsector ervaren de adviseurs van Boeren op een Kruispunt dat de totale kostprijs van een teelt nog onvoldoende gekend is. De kosten voor arbeid en financiering worden bijvoorbeeld vaak over het hoofd gezien. Het gebrek aan verjonging aan het hoofd van fruitteeltbedrijven is een structureel probleem van de sector. Meer acuut is dat er na een financieel moeilijk seizoen nog veel openstaande facturen zijn. Het hoeft niet gezegd te worden dat dat een probleem is indien de vorige appel- of perenoogst reeds volledig verkocht is.

In de glastuinbouw is de angst groot door het wegvallen van de groene stroomcertificaten voor warmtekrachtkoppelingen (WKK’s). Tuinders waren tot voor kort ook ‘energieboeren’ maar nu wordt energie opnieuw een kost. Eén pijler van het inkomen valt dus weg en de tweede pijler, de opbrengst uit de teelt, is hoogst onzeker. Als de prijs van tomaten met 10 cent daalt, dan brengt dat op een hectare 60.000 euro minder centen in het laadje.

Ook in de vollegrondteelt kunnen ondermaatse prijzen in korte tijd een diepe put slaan in de financiën. Focke geeft prei als voorbeeld omdat de producentenprijs soms zo ver onder de kostprijs duikt dat een teler met 20 hectare prei in één jaar tijd 140.000 euro verlies maakt. “Je ziet bij die mensen de stapels onbetaalde facturen liggen en dan weet je dat het probleem zich de jaren daarna moet oplossen.”

Gegeven de moeilijke marktomstandigheden en het paperassenwerk waarover niet alleen een boer maar elke Vlaming zou struikelen, stoort het de directeur van Boeren op een Kruispunt dat er over zijn doelgroep gesproken wordt in termen van ‘geschikt of ongeschikt als boer’. “Ik zie vooral mensen die met passie in de boerenstiel gestapt zijn, bereid zijn om keihard te werken maar op latere leeftijd geconfronteerd worden met het gegeven dat een landbouwer tegenwoordig meer en meer manager en administratief bediende moet zijn. Niet iedereen is daartoe in staat. Veel boeren leerden bijvoorbeeld nooit verkopen of kunnen zelfs niet onderhandelen met hun leverancier of afnemer.”

Waarom veranderen die mensen niet van job, zo krijgt Focke vaak te horen. “Job hopping is voor een landbouwer niet evident. Ouders hebben jou een bedrijf toevertrouwd en ze verwachten dat je het voortzet. Dat engagement nam menig landbouwer ook naar zijn broers of zussen toe. En er is de status die een zelfstandige heeft en niet graag opgeeft. Over collega’s die stopten, werd in het verleden nogal denigrerend gesproken zodat een boer die nu in die situatie belandt beschaamd is.” Net omdat de boerderij stopzetten voor veel ondernemers zo moeilijk ligt, stuurt Boeren op een Kruispunt dikwijls aan op het vrijmaken van tijd voor rendabele activiteiten. Je beschikbare talenten inzetten naast je bedrijf loont soms meer dan steeds harder in de stal of op het veld ploeteren.

Lees morgen meer over de toekomstperspectieven die Boeren op een Kruispunt land- en tuinbouwers in nood biedt, en over de reacties van de Vlaamse parlementsleden op het werk van de vzw.

Beeld: Loonwerk Defour

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek