Kleiner areaal wintergranen in België door nat najaar

Uit de landbouwenquête van de FOD Economie op 15 november 2010 blijkt dat er door de aanhoudende regen vorig najaar fors minder wintergranen werden uitgezaaid. Op 15 november was er bijna 42.000 ha minder wintertarwe gezaaid. De daling is het grootst in Vlaanderen (-39,2%). Een deel wintertarwe is later nog gezaaid, maar veel boeren zijn noodgedwongen overgeschakeld op zomertarwe, zo liet AVEVE eind februari weten.

Na een stabilisering van de ingezaaide oppervlakte winterteelten in 2009 in België, is er in 2010 een grote daling waar te nemen van 17,6 procent. Het gaat om de teelten wintertarwe, wintergerst, triticale, rogge, spelt en winterkoolzaad. De daling is meer uitgesproken in Vlaanderen dan in Wallonië (-34,3% en -9,7%).

Van alle graansoorten is er minder gezaaid in het najaar van 2010. De grootste daling wordt bij wintertarwe genoteerd (-21,6%). De oorzaak hiervan was de aanhoudende regen in het najaar die de inzaai bemoeilijkte. Na een forse stijging van de oppervlakte winterkoolzaad in 2009 (+15,7%) kent deze in 2010 een lichte daling van -1,3 procent.

Ten opzichte van 15 november 2009 is de rundveestapel opnieuw licht gedaald met ongeveer 26.000 eenheden (-1%). De daling is nagenoeg even groot in beide landsdelen. De totale rundveestapel jonger dan één jaar daalt in België met 2,4 procent, wat erop wijst dat de totale veestapel nog verder zal dalen. De vleesstapel stijgt in Wallonië aanzienlijk in alle leeftijdscategorieën, terwijl in Vlaanderen een daling opgetekend wordt. De slachtkalveren bijvoorbeeld, stijgen in Wallonië met 17 procent, terwijl ze in Vlaanderen met 0,5 procent dalen.

Bij de runderen van twee jaar en ouder is de melkveestapel in België stabiel gebleven, terwijl de zoogkoeien met 1,3 procent zijn afgenomen. Niettemin is er in beide landsdelen een tegengestelde evolutie waar te nemen. In het zuiden van het land neemt de zoogstapel af (-2,3%), terwijl de melkveestapel, na een daling vorig jaar, er toeneemt (+2,7%). In Vlaanderen neemt de melkveestapel, na een stijging vorig jaar, echter af met 2 procent terwijl de zoogstapel er nog lichtjes toeneemt met 0,3 procent.

Net als de rundveestapel wordt de varkensstapel op nationaal vlak gekenmerkt door een lichte daling ten opzichte van 15 november 2009 (‑0,8%). Deze daling manifesteert zich bij de varkens met een levend gewicht onder de 50 kg en meer in het bijzonder bij de biggen van minder dan 20 kg waar een afname van 6,3 procent wordt opgetekend.

Bij de mestvarkens van meer dan 50 kg is er in België een toename van ongeveer drie procent. Deze stijging doet zich zowel in Vlaanderen als in Wallonië voor en illustreert de tendens om de mestvarkens langer aan te houden. Bij de fokvarkens is er echter een dalende evolutie waar te nemen waardoor op kortere termijn verwacht kan worden dat de dalende trend bij de varkens met een gewicht van minder dan 50 kg zich verder zal zetten.

Meer info: Landbouwenquête op 15 november 2010