Kampenhout en Asse ruziën om titel 'witloofgemeente'
nieuwsIn het fotoboek, uitgegeven door het provinciebestuur van Vlaams-Brabant, prijkt een idyllische foto van een Brabants witloofveld. Tot groot plezier van de Kampenhoutse burgervader Jean Meeus (CD&V), zou je denken. Zijn gemeente telt immers tientallen witlooftelers, enkele bekende chicon-restaurants en een tuinbouwveiling waar jaarlijks tienduizenden kilo's witloof verhandeld worden. Er is zelfs een Witloofmuseum.
Maar de foto werd niet genomen in Kampenhout, wel in Asse. Ook daar hebben ze een witloofveiling en een witloofindustrie. Het Kampenhoutse gemeentebestuur is in zijn wiek geschoten. "Ik heb niets tegen Asse", zegt burgemeester Meeus. "Maar ik dacht dat hopscheuten de Assese specialiteit zijn. Witloof is óns uithangbord. Vroeger teelde iedereen, behalve de pastoor, hier witloof". Toch blijft volgens hem een echte erkenning als witloofgemeente uit. "Het Witloofmuseum moet het vrijwel zonder subsidies van de provincie stellen. We zouden graag nog een film maken om in het museum af te spelen en de folders zouden moeten omgezet worden in andere talen. Maar die plannen moeten telkens uitgesteld worden wegens een gebrek aan middelen".
Gedeputeerde Jean-Pol Olbrechts (CD&V) zit wat verveeld met de zaak: "Het boek was bedoeld om onze provincie en haar troeven in mooie foto's weer te geven. Maar om alle discussies te vermijden, was het misschien beter geweest de foto in Haren of Evere te nemen. Want daar komt de groente oorspronkelijk vandaan. In ieder geval komt het Brabantse witloof goed in beeld, en dat is het belangrijkste", meent hij. Dat Kampenhout en dan vooral het Witloofmuseum onvoldoende steun van de provincie zou krijgen spreekt Olbrechts tegen. "We hebben veel inspanningen gedaan om het museum te laten erkennen, maar we zijn gebonden aan de regels van het museumdecreet. Dat bepaalt dat we geen structurele subsidies kunnen geven aan musea. Wel is er geld voor projecten".
Ward Saerens van het Hof Ter Vrijlegem in Mollem bij Asse - zelf voormalig witloofteler - treedt Kampenhout bij. "Asse was vroeger een belangrijke witloofgemeente, maar Kampenhout heeft gelijk: van oudsher zijn zij dé witloofstreek. Acht jaar geleden heb ik hier als een van de laatste de witloofproductie stopgezet en zijn we overgeschakeld op hoevetoerisme. De jaren '70 en '80 waren in onze streek de topjaren voor witloofkwekers. We telden toen in Mollem alleen wel dertig boeren en twee op drie daarvan waren witlooftelers. De meesten zijn gestopt wegens hun leeftijd. Voor de opvolgers was witloof niet interessant meer omdat vanaf de jaren '90 de prijzen in elkaar zakten".
Filip Fontaine, de directeur van de Brava-veiling, die zowel in Asse als in Kampenhout een vestiging heeft, is scheidsrechter van dienst. "In onze vestigingen komt bijna precies evenveel witloof aan. Beide veilingen zijn goed voor twaalf miljoen ton per jaar. Wel staat het witloof in Kampenhout sterker als exportproduct, terwijl dat van Asse eerder voor de Belgische markt is. Misschien maakt Kampenhout historisch gezien het meeste aanspraak op de titel van witloofgemeente, maar dan is Asse onmiskenbaar de gemeente van de fijne groentjes, zoals lente-uitjes en raapjes, en ook van frambozen".(MP)
Bron: Het Nieuwsblad