Gebrekkige afzet nekt Belgische biobrandstof

In Duitsland laten automobilisten met bio-ethanol bijgemengde E10-benzine massaal links liggen omdat er onduidelijkheid heerst over mogelijke schade aan automotoren. Dit heeft ook gevolgen voor de Belgische producenten van biobrandstoffen die het grootste deel van hun productie exporteren. "De situatie is precair voor bio-ethanolproducenten en ronduit slecht voor producenten van biodiesel", schrijft De Tijd.

In België wordt 490 miljoen liter bio-ethanol geproduceerd door Biowanze in Wanze bij Luik, Alcobiofuel in Gent en Syral in Aalst. Daarvan wordt jaarlijks amper 80 tot 100 miljoen liter gebruikt in België, schrijft De Tijd. De rest wordt uitgevoerd naar Nederland en Duitsland. In België geldt een bijmengplicht van vier procent voor brandstoffen, maar de wettelijke basis daarvoor vervalt in juni. Als de bijmengplicht niet verlengd wordt, dreigt volgens de krant een catastrofe.

De bio-ethanolindustrie hoopt op een verplichte bijmenging van 10 of zelfs 15 procent ethanol. "Alle wagens die vanaf 1996 gebouwd zijn, kunnen een bijmenging van 15 procent bio-ethanol makkelijk aan", beweert Hendrik Lemahieu, secretaris-generaal van de Belgische bio-ethanolassociatie. Lemahieu hekelt de slechte publiciteit die bio-ethanol in Duitsland over zich heen krijgt. "Die negatieve stemming is het gevolg van slechte communicatie. Er is dringend nood aan een objectieve informatiecampagne", aldus Lemahieu.

De producenten van biodiesel zouden er nog slechter aan toe zijn. De vier producenten draaien nu op sterk verminderde capaciteit en lijden verlies. De installatie van Proviron ligt stil, meldt de krant. Bioro en Oleon in Gent draaien op een sterk verminderde capaciteit, evenals Neochim in Féluy. Niet eens de helft van de productiecapaciteit van 760 miljoen liter biodiesel wordt in België afgezet voor bijmenging in diesel, meer dan 400 miljoen liter is moeilijk te slijten voor export.

Concurreren met Argentijnse biodiesel is niet haalbaar volgens Fons Maes, de secretaris-generaal van de Belgische biodieselfederatie. Hij pleit voor het optrekken van de verplichte bijmenging tot 6,5 procent om stapsgewijs tegen 2020 aan de door Europa verplichte 10 procent te geraken. "Palm- en sojaolie zou de grondstofkost van de biodieselinstallaties kunnen drukken", meent Maes, "maar de Belgische overheid verplicht ons ook koolzaadolie als grondstof te gebruiken.