Deense regering valt over nertsenkwestie
De regering in Denemarken is gevallen over de ruiming van 17 miljoen nertsen tijdens de coronapandemie. Een wettelijke basis ontbrak voor de beslissing tot ruiming. De Deense premier Mette Frederiksen heeft aangekondigd dat er op 1 november vervroegde verkiezingen komen.
Tijdens de coronapandemie heeft de Deense regering beslist om alle 17 miljoen nertsen in het land te laten ruimen omdat ze drager waren van een gemuteerd coronavirus dat al op de mens was overgedragen. Die beslissing verwoestte de bontindustrie in het land, de grootste in de EU. Deense boeren verschenen in tranen op tv over het verlies van hun broodwinning.
Als snel bleek dat er geen wettelijke basis was voor de beslissing. Bovendien werden de dieren ook in zeven haasten begraven in de buurt van een meer omdat de verbrandingsovens de aanvoer van gedode nertsen niet kon volgen. Daar dreigden ze het drink- en oppervlaktewater te vervuilen en dus moesten de dieren opnieuw worden opgegraven.
De Deense minister van Landbouw Mogens Jensen nam ontslag, premier Frederiksen bood in tranen haar verontschuldigingen aan de bontsector aan. Maar daarmee was de kous niet af. Er kwam ook een parlementaire onderzoekscommissie die zich moest buigen over de kwestie. Het rapport van deze commissie was heel kritisch over het toenmalige regeringsbeleid. Volgens het rapport heeft Frederiksen Denemarken “schromelijk misleid” en was er sprake van “laakbaar gedrag” van de hele regering. De commissie zag evenwel geen kwaadwilligheid of opzet.
Het werd aan het parlement van Denemarken overgelaten om te oordelen of de premier schuldig is aan grove nalatigheid en of er verdere disciplinaire maatregelen nodig zijn. Een eventuele afzetting uit het ambt van de premier hoorde daarbij tot de mogelijkheden, al is dat een zeldzaam verschijnsel in Denemarken.
De Sociaal Liberale Partij stelde een ultimatum. Het eiste dat de premier nieuwe verkiezingen zou uitschrijven vóór het eerste debat van het parlement op 6 oktober. Frederiksen besliste daarom om op 5 oktober de stekker uit haar kabinet te trekken, zeven maanden voor nieuwe verkiezingen waren voorzien. Op 1 november zullen de Denen opnieuw naar de stembus trekken.
Peilingen geven aan dat premier Frederiksen minder populair is dan bij de vorige stembusgang in 2019. Haar partij blijft allicht de grootste, maar dreigt wel haar huidige parlementaire ruggensteun te verliezen. Momenteel belooft het een nek-aan-nekrace te worden tussen de Sociaal Democratische Partij en haar linkse partners versus de rechtse oppositie.
Bron: Eigen berichtgeving / Politico / Het Nieuwsblad
