Crevits lanceert plan om platteland niet langer te negeren in beleid
nieuwsVlaams minister van Plattelandsbeleid Hilde Crevits (cd&v) pleit voor de invoer van een ‘plattelandstoets’. Dat is een lijst met criteria dat toekomstig beleid moet afvinken. De minister wil beleidsmakers zo motiveren om de noden van landelijke regio’s niet te negeren. Bovendien werkt ze aan een pact voor plattelandsontwikkeling.
De plattelandstoets moet ervoor zorgen dat het beleid rekening houdt met de specifieke uitdagingen aan het platteland. “Denk bijvoorbeeld aan voldoende dienstverlening, mobiliteit en sociale contacten", zegt de minister. Concreet moet de toets voorkomen dat landelijke regio's onbedoeld benadeeld worden door regelgeving die voornamelijk is afgestemd op stedelijke contexten.
“Eén op drie Vlamingen woont op het platteland in Vlaanderen”, meldt het kabinet-Crevits. “In tegenstelling tot andere Europese landen stijgt het aantal bewoners er nog licht. Het platteland biedt veel mogelijkheden, maar het staat ook onder druk. Winkels en banken verdwijnen, er is niet overal een huisarts, er zijn mobiliteitsuitdagingen, de open ruimte staat onder druk, er is eenzaamheid, enzovoort.”
Het doel is om tegen het einde van het jaar een werkbaar kader te hebben dat geïntegreerd kan worden in het Vlaamse beleidsproces.

Eenzaamheid in de Vlaamse landbouw: de stille crisis
20 december 2024Platteland krijgt tien keer minder middelen
De plattelandstoets kadert binnen het bredere initiatief van een plattelandspact. Dit pact is een beleidsvisie die moet vertaald worden naar concrete acties die het platteland versterken, met meetbare resultaten. Er zal gewerkt worden rond vijf thema’s: een multifunctionele open ruimte, een aantrekkelijke woonomgeving, een warme plattelandsgemeenschap, economische bedrijvigheid en vernieuwing, en een sterk lokaal bestuur.
Als motivering voor het plattelandspact verwijst Crevits naar het recente Plattelandsrapport van de Vlaamse Landmaatschappij (VLM), waaruit blijkt dat plattelandsgemeenten gemiddeld tien keer minder middelen krijgen dan centrumsteden, terwijl ze te maken hebben met even grote of grotere uitdagingen op het vlak van infrastructuur, welzijn en economie.
In het voorjaar van 2026 moet het actieplan worden voltooid.

Bron: Eigen berichtgeving