Concentraties atrazine in Europese kustwateren dalen

Dankzij een algemeen verbod op atrazine in 2004 verkleinden de concentraties van het schadelijke herbicide in Europese kustwateren. Maar de chemische stof wordt wel nog altijd teruggevonden in het milieu. Onderzoekers van de universiteit van Göttingen (Duitsland) wijten dat aan de trage afbraaksnelheid van de stof en aan landen buiten Europa, bijvoorbeeld rond de Zwarte Zee, waar het herbicide nog steeds gebruikt wordt.

Atrazine was jarenlang de actieve stof bij uitstek voor de bestrijding van breedbladige onkruiden en grassen. Door de lage kostprijs groeide atrazine uit tot één van de meest gebruikte herbiciden in de landbouw, en was het de voornaamste onkruidbestrijder in maïs. Maar de chemische stof had ook zijn negatieve kanten want ze verstoort de hormoonhuishouding van dieren. Bovendien wordt er rekening mee gehouden dat atrazine ook schadelijk kan zijn voor de menselijke gezondheid.

Die gevaren lagen aan de basis van een Europees verbod in 2004. Lidstaten als Duitsland en Italië deden atrazine al veel eerder (1991) in de ban. Recente metingen van de atrazine-concentraties in Europese kustwateren tonen aan dat het verbod zijn vruchten afwerpt. De concentraties zijn gedaald, zo bevestigen Duitse onderzoekers.

In de landen rond de Zwarte Zee wordt het herbicide nog steeds gebruikt, wat dan ook terug te vinden is in de waterstalen die voor de Turkse kust werden genomen. In het noordelijk deel van de Adriatische Zee werd nauwelijks atrazine gevonden, wat wellicht op het conto kan geschreven worden van het vroege verbod in Duitsland en Italië.

Als vergelijkingsmateriaal spoorden de onderzoekers ook naar de toegelaten actieve stof terbuthylazine. De mate waarin dat herbicide voorkomt in kustwateren wijst erop dat monitoring aangewezen is om te vermijden dat de concentraties de komende jaren sterk gaan stijgen.

Meer info: Europe PubMed Central