Clarinval voert strijd tegen IBR-virus op
Federaal minister van Landbouw David Clarinval (MR) stelt twee miljoen euro beschikbaar om de infectieuze boviene rhinotracheïtis (IBR) in de rundveehouderij te bestrijden. Het geld dient onder andere als vergoeding voor bedrijven met IBR-dragers om risicodieren eerder af te voeren. Voor de financiering van deze maatregel zullen aanvullend de verplichte bijdragen aan het Sanitair Fonds voor het begrotingsjaar 2024 verhoogd worden met 2 miljoen euro. De bedoeling is tegen 2027 het ibr-virus helemaal te verbannen uit de Belgische rundveestapel.
België bindt al sinds 2007 de strijd aan tegen infectieuze boviene rhinotracheïtis (IBR) en plant om tegen 21 april 2027 de IBR-vrije status te verkrijgen voor de hele Belgische rundveestapel. Het bestrijdingsprogramma is gestart als een vrijwillig programma, maar werd in 2012 verplicht voor alle Belgische rundveehouders.
Om deze termijnen te respecteren, worden er momenteel door het kabinet van minister van Landbouw Clarinval twee nieuwe besluiten voorbereid die in de loop van de komende tijd zullen worden omgezet in een officieel ministerieel en daarna koninklijk besluit. Zo krijgen veehouders vergoedingen sneller voor het afvoeren van hun gE-positieve dieren. Voor de financiering van deze maatregel zullen de verplichte bijdragen aan het Sanitair Fonds voor het begrotingsjaar 2024 verhoogd worden met 2 miljoen euro, met een bijkomende steun van de federale regering van 2 miljoen euro voor het IBR-bestrijdingsprogramma.
De tweede maatregel, die nu in voorbereiding is, is de verlenging van de mogelijkheid tot vaccinatie. Waar veehouders momenteel tot 1 april 2024 mogen vaccineren, zou Clarinval deze deadline willen verleggen naar 1 april 2025. Deze verlenging zal bedrijven, die moeilijkheden hebben ondervonden om de IBR-vrije status te verwerven of die recent te kampen kregen met nieuwe besmettingen, toelaten om bijkomende besmettingen te beperken en hun IBR-vrije status snel terug te krijgen.
Minister Clarinval benadrukt het belang van deze bestrijding: “De FOD Volksgezondheid, de gewestelijke dierengezondheidsverenigingen en de veehouders hebben mooi werk geleverd. Het is een werk van lange adem dat 12 jaar geleden begon en dat zeker zijn vruchten zal afwerpen. Het is een belangrijke uitdaging voor de Belgische rundveehouderij, zowel op gezondheids- als op economisch vlak. Het verwerven van de ziektevrije status zal het mogelijk maken om de handel in vee te vereenvoudigen met andere landen die de vrije status hebben. Dat is een doel waarvoor we alles in het werk moeten stellen.”
Bron: Eigen berichtgeving
Beeld: DGZ
