"Dat het landschap niet veranderde in middeleeuwen, is een misverstand"

De Week van het Bos is officieel ingegaan. Van 8 tot en met 15 oktober staat heel Vlaanderen stil bij de schoonheid en het belang van onze bossen. Onze boslandschappen hebben de afgelopen eeuwen grote veranderingen meegemaakt. Daarom belicht het Centrum voor Agrarische Geschiedenis (CAG) deze unieke geschiedenis.

10 oktober 2023  – Laatst bijgewerkt om 10 oktober 2023 16:26 Ruben De Keyzer
Lees meer over:
1920-1952. Belfius Bank Brussel

Anders dan velen denken, was ons boslandschap ook voor de industriële revolutie constant in verandering. Eeuwenlang benutten we onze bossen om onze samenleving uit te bouwen. “Al tijdens de middeleeuwen zagen we bomenkap om vruchtbare grond in landbouwgrond om te zetten”, zegt Brecht Demasure van CAG. “Onvruchtbare grond ging men dan weer bebossen, want hout was broodnodig. Heel lang was het de belangrijkste grondstof om huizen te verwarmen, en dus ook vuur om eten klaar te maken. En uiteraard werd het gebruikt om te bouwen, werktuigen te maken, enzovoort.”

Het ecologische aspect van een bos zien we eigenlijk pas opkomen vanaf 1970. Natuurbeheer, daar was in de middeleeuwen nog geen sprake van. Zeker niet met de bril die we vandaag hebben

Brecht Demasure - Centrum Agrarische Geschiedenis

Vooral functioneel

“Bossen werden heel lang als voornamelijk functioneel gezien, als bron van hout”, zegt Demasure. “Maar er waren ook andere functies. Soms liet men er het vee in weiden. Varkens bijvoorbeeld aten de eikels als veevoeder. En natuurlijk werden er in de bossen ook naar voedsel gezocht, zoals bessenpluk of via de jacht. Het ecologische aspect van een bos zien we eigenlijk pas opkomen vanaf 1970. Natuurbeheer, daar was in de middeleeuwen nog geen sprake van. Zeker niet met de bril die we vandaag hebben.”

Hetzelfde geldt voor recreatie. “Dat zien we eveneens pas vanaf de jaren zestig en zeventig, wanneer de mens meer vrije tijd begon te krijgen en de vakantie werd ingevoerd. Een uitstapje in het bos is toen één van de belangrijkste ontspanningsmogelijkheden geworden. Waar men vroeger enkel functionele paden had in het bos, begon men nu ook paden uit te tekenen om recreatieve wandelingen te maken.”

Oorlog en mijnbouw

In 2018 stond 23 procent van België ingetekend als bosgebied. “Vlaanderen is echter één van de minst beboste regio’s in Europa”, zegt Demasure. “Het Belgische bebossingscijfer is voornamelijk te wijten aan Wallonië en haar Ardennen. In Vlaanderen is het Zoniënwoud het grootste bosdomein.”

Collectie Brusselle-Traen, Stadsarchief Brugge - knip

Vroeger was ook Vlaanderen nochtans een bosrijk gebied. “Of toch veel meer dan nu, naast onze vele heides”, zegt Demasure. “Op de Ferrariskaarten van eind achttiende eeuw zien we dat heel wat boszones door de toename van de bevolking verdwenen zijn. Maar ook de impact van de oorlogen valt niet te onderschatten. Heel veel bomen zijn gesneuveld voor de aanleg van loopgraven, barrakken, en ook verwarming. Daarbovenop werden vele bomen gerooid om strategische redenen of door bombardementen. Ook met de opkomst van de mijnindustrie werden bomen massaal gekapt, want de balken waren nodig om mijngangen aan te leggen.”

En nu? Aan de hand van de meest recente bosinventaris uitgevoerd in de periode 2009-2019 wordt de oppervlakte bos in het Vlaamse Gewest geschat tussen 135.000 en 145.000 hectare. Dat komt overeen met 10 procent van de Vlaamse grondoppervlakte. De laatste 200 jaar is ons boslandschap aanzienlijk veranderd.

Bebossing Vlaanderen witte rand

Balans herstellen

Dat de focus zo lang lag bij houtkap, verklaart meteen ook de populaire boomsoorten. “Populieren zie je nagenoeg overal", zegt Demasure. "Een snelgroeiende, stevige soort die haar opmars kende vanaf de jaren '30. In Geraardsbergen is er een hele luciferindustrie geweest met populierenhout."

"In Wallonië zien we veel sparren en dennen, tevens snelgroeiende soorten die geschikt zijn voor houtkap", zegt Demasure. "Opvallend: kerstbomen worden dan weer niet in de Ardennen geplant. Heel veel kerstboomkwekerijen situeren zich in West-Vlaanderen. Dat komt omdat de klimatologische omstandigheden er beter zijn voor jonge bomen. Na een tweetal jaar worden ze dan overgeplant in de Ardennen om tot volwaardige kerstbomen uit te groeien.”

"In het moderne bosbeheer wil men weer meer balans creëren tegenover andere, inheemse soorten", zegt Demasure tot slot.

De volledige geschiedenis van de Vlaamse bossen valt te lezen op www.cagnet.be

Beeld: 1920-1952. Belfius Bank Brussel

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek