Brazilië en Nederland werken samen rond bio-ethanol

Lula sloot vrijdag een tweedaags staatsbezoek aan Nederland af. Hij tekende met minister van Economie Maria Van der Hoeven principeakkoorden om samen te werken op het vlak van bio-ethanol. Braziliaanse ethanol is nu vooral voor de binnenlandse markt bestemd. Met nieuwe technieken denkt de sector de productie snel te verhogen en ook de export te laten groeien.

De Europese Unie is een aantrekkelijke afzetmarkt vanwege de ambitieuze doelstellingen voor het gebruik van biobrandstof. Tegen 2010 moet 5,75 procent van de transportbrandstoffen uit biobrandstof bestaan. Tegen 2020 moet dat percentage stijgen tot tien procent. De productie van bio-ethanol levert Brazilië op dit ogenblik al 1,5 miljoen directe en 4,5 miljoen indirecte banen op. In het oogstseizoen 2010-2011 hoopt Brazilië 5,2 miljard liter bio-ethanol te exporteren. De Nederlandse staatssecretaris voor Buitenlandse Handel Frank Heemskerk zei kansen te zien voor Rotterdam als ‘ethanol-hub’ voor de Europese Unie.

In zijn toespraak presenteerde Lula ethanol als 'groen' alternatief voor fossiele brandstoffen. Hij eiste in het debat over het vermeende gebrek aan duurzaamheid "technische en rationele argumenten" en verwierp "ideologische vooroordelen". Hij vroeg hierbij begrip voor het "perspectief" van Brazilië. Ethanol geeft arme landen de kans ook iets te produceren, zei hij, en "democratiseert de energiebehoefte" die nu in handen is van een kleine groep olielanden.

Nederland was vorig jaar de grootste buitenlandse investeerder in Brazilië. Lula bracht in herinnering hoe het de Nederlanders waren die in de 17de eeuw in Noordoost-Brazilië de suikerteelt opzetten en presenteerde de ethanol-samenwerking in het verlengde van deze historische banden.(KS)