Ardo: "Familiale roots gecombineerd met mondiale visie vormen onze kracht"
nieuwsMet een nieuw, bijna energieneutraal hoofdkantoor wil het diepvriesgroentebedrijf Ardo uit Ardooie zijn duurzaamheidsfocus verder in de kijker zetten. Het nieuwe kantoor heeft de naam ‘Rootbox’ gekregen. “Daarmee verwijzen we naar onze wortels: dit gebouw staat op gronden van onze voorouders. Die familiale roots vormen de kracht van Ardo, maar we combineren die wel met een mondiale visie”, zegt bestuurder Jan Haspeslagh. Premier Alexander De Croo tekende present om het nieuwe gebouw in te huldigen.
Op ruim 60 jaar tijd groeide het bedrijf van de familie Haspeslagh uit tot een belangrijke wereldspeler in de productie van vriesverse groenten, fruit en kruiden. Het bedrijf belevert zowel de retail, de foodservice als de voedingsindustrie. Vandaag telt de groep 21 bedrijven voor productie, verpakking en distributie in negen landen. In totaal verkoopt de groep 940.000 ton diepgevroren groenten, fruit en kruiden naar meer dan 100 landen. Met 4.000 werknemers genereert Ardo een omzet van 1,1 miljard euro.
18 miljoen euro
Om de werknemers in een optimale omgeving te werk te stellen, heeft het bedrijf een nieuw hoofdkantoor laten bouwen in Ardooie, op de plaats vlakbij de boerderij waar de geschiedenis van Ardo begon. “We willen onze teamleden in dit nieuwe gebouw een creatieve ruimte bieden om elkaar te inspireren en dat dicht bij onze roots in de velden”, zegt Gabrielle Kalkwijk die in 2019 CEO van het familiebedrijf werd.
Net als in de rest van de bedrijfsvoering van Ardo werd bij de bouw van het nieuwe hoofdkantoor ook gefocust op duurzaamheid. Het gebouw, dat de naam Rootbox heeft gekregen, is gebouwd volgens de BEN-bouwprincipes: Bijna-Energie-Neutraal. “De kantoren hebben een zeer laag energieverbruik en gebruiken alleen energie die afkomstig is uit groene bronnen. Zo wordt de temperatuur van het kantoorgebouw bijvoorbeeld geregeld door hergebruik van koude en warmte, opgewekt door de naburige Ardo-fabriek”, aldus Kalkwijk. Het nieuwe gebouw draagt een kostenplaatje van 18 miljoen euro.
Gecertificeerde landbouwers
“Duurzaamheid zit in het DNA van ons bedrijf”, vervolgt de CEO. “Dat begint bij de basis, de landbouw.” Tien jaar geleden lanceerde Ardo al MIMOSA (Minimum Impact, Maximum Output, Sustainable Agriculture), een traject om de bedrijfsvoering af te stemmen op de behoeften van het milieu en weerbaarder te worden tegen de klimaatverandering. “Zo zijn alle 3.500 land- en tuinbouwers die leveren aan Ardo in het bezit van een gouden of zilveren ‘Sustainable Agriculture Initiative’-certificaat”, aldus Kalkwijk.
0
3500 land- en tuinbouwers produceren voor Ardo0
65 'field agronomists' van Ardo begeleiden de landbouwers“Met innovatieve technologieën zoals robotgestuurde onkruidbestrijding, drones, precisiezaaien en de implementatie van regeneratieve landbouwprincipes, hebben we het gebruik van kunstmest en gewasbeschermingsmiddelen teruggedrongen”, vult Bernard Haspeslagh, COO van Ardo, aan. Dit zorgt ervoor dat vandaag 76 procent van de door Ardo geproduceerde groenten en fruit residuvrij is. “Ook al zijn we daarmee koploper in Europa, we willen toch nog een stap verder gaan”, klinkt het. “Tegen 2025 moet dat cijfer 80 procent bedragen.” Ardo heeft 65 ‘field agronomists’ in dienst die de landbouwers moeten helpen om de inputs op het veld te verminderen zonder de opbrengst in gevaar te brengen.
Bio als groeimarkt
Hoewel het bedrijf volop inzet op het beter maken van de gangbare productie, blijft ook de biologische productie een belangrijk aandachtspunt voor Ardo. “Het gamma aan biologische producten dat we op de markt brengen, wordt steeds groter. We zien dat de biomarkt voor groenten en fruit jaarlijks met tien procent toeneemt, dat geldt ook voor biologische diepvriesgroenten en -fruit”, aldus Bernard Haspeslagh.
Vandaag is er volgens hem nog een rendementsverschil van 20 procent tussen gangbaar en bio. “Maar we zien wel dat de opbrengst van bio elk jaar 2 procent stijgt. Dat impliceert dat gangbaar en bio elkaar op een bepaald moment gaan inhalen. Het zal de consument zijn die bepaalt welke toekomst er voor elk segment is weggelegd”, meent de COO die ook aangeeft dat de ervaring met de bioteelt een belangrijke leerschool is voor Ardo om ook de gangbare productie duurzamer te maken.
De ervaring met de bioteelt is een belangrijke leerschool voor Ardo om ook de gangbare productie duurzamer te maken
Haspeslagh beseft dat de teelt van industriegroenten niet altijd gelinkt wordt met duurzaamheid. “Zeker in een regio met zeer dure gronden in combinatie met intensieve veeteelt wordt elk stukje akker wel al eens optimaal bewerkt”, beseft hij. “Maar van de 50.000 hectare die Ardo onder contract heeft, is de helft voor de teelt van erwten. Daar wordt nulbemesting toegepast en als vlinderbloemig gewas is het ook goed voor de bodem.” Op vlak van de uitspoeling van nutriënten naar het oppervlaktewater heeft de sector in zijn ogen al heel wat stappen vooruit gezet. “Al hebben de uitzonderlijke weersomstandigheden van de voorbije jaren wel roet in het eten gegooid.”
Water en energie
Dat brengt ons bij een ander stokpaardje van het bedrijf: water. “We zijn zeer ambitieus op dat vlak”, vertelt CEO Kalkwijk. “We willen onze watervoetafdruk verkleinen, aangezien dit een kostbare hulpbron is in de strijd tegen klimaatverandering.” Ardo filtert en hergebruikt het grootste deel van het water in één van de grootste productiesites. De rest wordt opgeslagen in een spaarbekken van 150.000 kubieke meter waarmee lokale boeren hun velden kunnen irrigeren.
Ook op vlak van eigen energievoorziening legt het familiebedrijf de lat hoog. “We beseffen dat we als diepvriesbedrijf enorm veel energie nodig hebben”, aldus Kalkwijk. Vandaar dat er sinds kort maar liefst 4.860 zonnepanelen op het spaarbekken drijven. Daarmee verhogen we onze productie van groene energie verder. Restwarmte- en koude gaan ook niet verloren, ze worden opnieuw gebruikt om de temperatuur in de kantoorgebouwen te regelen.” Tegen 2030 moeten ook de vriesmagazijnen energieneutraal worden. Dat betekent dat 30 procent van Ardo’s elektriciteitsverbruik afkomstig zal zijn van eigen groene stroom, opgewekt door biomethanisering van oogstresten en zonnepanelen.
Duurzaamheid als economisch verhaal
Premier Alexander De Croo (Open Vld) was speciaal voor de opening van het nieuwe hoofdkantoor naar Ardooie gekomen. Hij kreeg er een rondleiding op de site en was bijzonder onder de indruk van het enorme spaarbekken met drijvende zonnepanelen en de andere duurzaamheidsinspanningen van Ardo. “Iemand die in de landbouw actief is, die waardeert zijn omgeving. Ik ken geen enkele landbouwer die de natuur niet apprecieert”, stelde hij.
Iemand die in de landbouw actief is, waardeert zijn omgeving. Ik ken geen enkele landbouwer die de natuur niet apprecieert
Hij vindt dat duurzaamheid niet alleen een marketingverhaal is, maar dat het ook economisch belangrijk is. “Vaak wordt mij gevraagd welk verschil ons kleine land kan maken op vlak van duurzaamheid. Dat is het verkeerde perspectief”, meent de premier. “De vraag moet zijn of onze technologie, ons ondernemerschap en onze ambitie het verschil kunnen maken. Als we erin slagen om onze duurzame economie naar de rest van de wereld te exporteren, dan maakt een klein land als het onze wel degelijk het verschil.”
De Croo knipte geen lint door om het nieuwe kantoorgebouw van Ardo plechtig te openen, maar voegde een doosje grond uit de eigen tuin toe aan de ‘rootbox’ van Ardo. Dat is een grote houten kist waarin alle aanwezigen op de plechtige opening een stukje aarde uit de eigen tuin of de eigen omgeving konden in gooien.
“Samen vormen zij een mix die symbool staat voor de sterkte van het bedrijf”, aldus bestuurder Jan Haspeslagh. “We zullen in deze mix groenten laten wortelen zoals onze familie zich geworteld voelt op de site hier in Ardooie.”
Bron: Eigen verslaggeving
Beeld: Ardo / VILT