Aandeel ggo-gewassen neemt verder toe in de VS
nieuwsIn de Verenigde Staten neemt de teelt van genetisch gemodificeerde maïs, soja en katoen verder toe. In 2010 steeg het aandeel ggo-variëteiten tot ongeveer 90 procent van alle maïs, soja en katoen. In totaal werd 64,3 miljoen ha beplant met ggo-variëteiten. Dat blijkt uit officiële cijfers van het Amerikaans landbouwministerie USDA.
Het overzicht van het USDA is gebaseerd op een evaluatie van de verkoop van zaaigoed en op steekproeven bij landbouwers. Het cijfermateriaal werd verzameld door de landbouwstatistiekendienst NASS.
Voor maïs nam het aandeel ggo’s in 2010 lichtjes toe van 85 naar 86 procent en bedraagt het areaal nu 30 miljoen ha. Bijna de helft van de uitgezaaide ggo-maïs bevat meerdere nieuwe genen die toxines produceren als afweer tegen plagen en die resistent zijn tegen één of meerdere herbiciden.
Het aandeel ggo’s bij sojabonen steeg met twee procent en komt nu uit op 93 procent. Het areaal maïs en soja nam in 2010 toe met twee procent waardoor een miljoen ha gemodificeerde sojavariëteiten extra werden uitgezaaid, wat het areaal deed aangroeien tot 30 miljoen ha. De sojazaden die vermarkt worden, zijn resistent tegen herbiciden.
Meest opvallend zijn de wijzigingen voor katoen. Behalve een areaalstoename met 19 procent, steeg ook het aandeel ggo’s met vijf procent tot 93 procent van het totale areaal. In vergelijking met vorig jaar vergroten landbouwers het areaal van 3,2 naar 4,1 miljoen ha. Bijna 60 procent van de ggo-katoenzaden bevat genen met zowel een ingebouwde tolerantie tegen insecten als een herbicidenresistentie.
De NASS-statistieken bevatten geen cijfers over het gebruik van ggo-zaaigoed voor andere gewassen. Voor suikerbieten bedroeg dat in 2009 nog 95 procent van het totale areaal, namelijk 470.000 ha.
Bron: GMO Compass