nieuws

Wat is de rol van cradle to cradle in de landbouw?

nieuws
De kern van cradle to cradle is ‘afval is voedsel’, wat inhoudt dat alle materialen na hun eerste levensduur in een product, zonder kwaliteitsverlies kunnen worden ingezet in een ander product. Met het oog op de toekomst heeft het beleidsdomein Landbouw en Visserij een eerste inventaris opgesteld van de rol van C2C voor de Vlaamse landbouwsector.
22 december 2010  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 14:57

De kern van cradle to cradle is ‘afval is voedsel’, wat inhoudt dat alle materialen na hun eerste levensduur in een product, zonder kwaliteitsverlies kunnen worden ingezet in een ander product. Met het oog op de toekomst heeft het beleidsdomein Landbouw en Visserij een eerste inventaris opgesteld van de rol van C2C voor de Vlaamse landbouwsector.

De C2C-benadering levert een bijdrage aan zowel de economische groei als aan het reduceren van onze afhankelijkheid van grondstoffen, het gebruik van de schaarse ruimte en het reduceren van vervuiling. Cradle to cradle gaat dus niet enkel over het sluiten van kringlopen, maar ook over duurzaamheid in ruimtegebruik en gebiedsontwikkeling. ‘Meteen goed doen, in plaats van minder slecht’ is het motto. Een ander credo is ‘afval is voedsel’. “C2C is evenwel geen vanzelfsprekendheid. Niet alles kan allemaal ineens C2C zijn”, nuanceert het rapport.

De rol van C2C voor de landbouwsector kan bekeken worden op vier terreinen. Op het vlak van het individuele bedrijf kan ingezet worden op het sluiten van kringlopen (nutriënten, water, optimaliseren van de bemesting). Een andere landbouwtoepassing van C2C is het gebruik van reststromen. Dat kan plaatsvinden binnen één bedrijf, maar ook bedrijven op verschillende locaties kunnen elkaars reststromen benutten. Voorbeelden zijn het (her)gebruiken van bijproducten en restproducten (horizontaal of verticaal in de keten).

Uit een biogascentrale die varkensmest verwerkt, ontstaan bijvoorbeeld afvalstoffen met stikstof en fosfaat die verkocht kunnen worden als mestproduct. Uit rioolwaterzuiveringsinstallaties kunnen voedingstoffen teruggewonnen worden en kan schoon drinkwater komen. Landbouwers kunnen het slib met de voedingsstoffen, indien niet vervuild, gebruiken voor hun gronden. Een ander voorbeeld van het gebruik van reststromen is het gebruik van aardappelschillen voor de productie van bio-plastic. Dat is een vorm van up-cycling, aangezien er waardevermeerdering plaatsvindt door het omzetten van aardappelschillen in verpakkingsmateriaal.

Binnen de keten geldt dat biomassa gebruikt kan worden voor materialen en energie. Hernieuwbare grondstoffen zijn, bij goed beheer, onuitputtelijk en wereldwijd lokaal beschikbaar. Ze zijn broeikasgasneutraal en eindeloos herbruikbaar of volledig te composteren. Op het vlak van design kan aandacht geschonken worden aan ecologisch verantwoorde bouwmaterialen en het voorzien van gebouwen in de eigen energiebehoefte of zelfs het leveren van energie. Op tuinbouwbedrijven zou men verder kunnen inzetten op het sluiten van de waterkringloop zodat geen drainagewater meer moet worden geloosd dat nog meststoffen, voedingsstoffen en resten van gewasbeschermingsmiddelen bevat.

Bij ruimtelijke clustering, zoals agroketens, kunnen effectieve duurzame verbindingen gelegd worden tussen landbouwbedrijven en hun omgeving. De verschillende schakels kunnen op elkaar afgestemd en ruimtelijk gefaciliteerd worden. Daardoor kunnen kringlopen effectief gesloten worden. Ook stadslandbouw kan bijdragen aan (een deel van) de principes van C2C. Landbouw versterkt de (ecologische, stedelijke en economische) diversiteit, maakt het stedelijk landschap afwisselend, creëert interessante en aantrekkelijke woon- en werkmilieus, maakt het ruimtegebruik meer flexibel, staat in voor de lokale productie en verwerking en het inperken van de voedselkilometers. Landbouw kan ook helpen bij het sluiten van de stikstof- en fosforkringlopen en kan lokaal bijdragen aan de energievoorziening.

De afdeling Monitoring en Studie, bij monde van Eline De Regt en Dirk Van Gijseghem, plaatst toch ook enkele kritische opmerkingen. Zo zou per case bekeken moeten worden of hergebruik wel de meest duurzame oplossing is. Ook rijst de vraag of de landbouwsector wel over voldoende areaal beschikt om de vraag naar voedsel en hernieuwbare grondstoffen te kunnen invullen. Daarbij komt dat cradle to cradle een meer innovatieve aanpak van de overheid verlangt omdat participatie van relevante actoren in het besluitvormingsproces van primordiaal belang is. Dat vergt een nieuwe vorm van besturen: governance beyond government.

Meer info: De rol van cradle to cradle voor de landbouwsector, De Regt E. & Van Gijseghem D., Beleidsdomein Landbouw en Visserij, afdeling Monitoring en Studie, Brussel

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek