nieuws

Verdeelde meningen over cofinanciering in Nederland

nieuws
De landbouwcommissie van de Nederlandse Tweede Kamer vroeg de Sociaal-Economische Raad (SER) vorig jaar om een advies over mogelijke cofinanciering van het Europese landbouwbeleid. Donderdag werd het toegelicht. CDA, VVD en LPF vrezen net als de boerenorganisatie LTO dat cofinanciering zal leiden tot ongelijke concurrentieverhoudingen in de EU. Bij het Landbouweconomisch Instituut zijn ze het daar niet mee eens.
31 maart 2006  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 14:33
De landbouwcommissie van de Nederlandse Tweede Kamer vroeg de Sociaal-Economische Raad (SER) vorig jaar om een advies over mogelijke cofinanciering van het Europese landbouwbeleid. Donderdag werd het toegelicht. CDA, VVD en LPF vrezen net als de boerenorganisatie LTO dat cofinanciering zal leiden tot ongelijke concurrentieverhoudingen in de EU. Bij het Landbouweconomisch Instituut zijn ze het daar niet mee eens.

In de EU pleiten vooral de Britten voor de cofinanciering van het landbouwbeleid. Daarbij hebben ze de voorbije maanden de steun gekregen van Nederland. Landbouwminister Veerman stelde vorig jaar voor een kwart van de landbouwsteun te cofinancieren, wat zou inhouden dat de lidstaten meebetalen aan dit kwart. Hij ging daarbij uit van verplichte cofinanciering omdat anders het verschil tussen de steunbedragen voor landbouwers in de diverse lidstaten te groot zou worden.

In zijn advies volgt de SER de piste van de cofinanciering, maar niet die van de verplichting die er in de visie van Veerman aan gekoppeld zou worden. Volgens de adviesraad bestaan ook nu al grote verschillen tussen de steuntoelagen in de verschillende Europese landen. Vrijwillige cofinanciering zou deze verschillen niet substantieel verhogen. Deze stelling werd deze week bijgetreden door LEI-directeur Jan Blom. De huidige inkomenssteun wordt beschouwd als een relict uit het verleden dat op termijn wordt overgeplant naar de plattelandsontwikkeling, de tweede pijler van het landbouwbeleid.

Dat het nog een hele toer zal worden om de toeslagen over te hevelen van de eerste naar de tweede pijler, beseft ook Blom. De directeur van het LEI twijfelt er ook niet aan dat de toekomstige "betalingen voor groene diensten" lager zullen uitvallen dan de huidige bedrijfstoeslagen. Cofinanciering ligt ook daarom voor de hand, stelt de SER, omdat de tweede pijler hier al gebruik van maakt.

Diverse politieke partijen konden zich niet vinden in die uitleg. Kamerlid Wien van den Brink van de LPF was het scherpst in zijn afwijziging van vrijwillige cofinanciering. "Het betekent de afbraak van het Europese landbouwbeleid", klonk het. LTO Nederland ziet cofinanciering hooguit zitten als het wordt verplicht. Ons land heeft zich tot hiertoe steeds ondubbelzinnig verzet tegen cofinanciering.

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek