"Rendac moet blijven werken aan reductie geurhinder"

Het volledig uitsluiten van geurhinder door Rendac is wellicht niet haalbaar. Dit belet niet dat alles in het werk moet gesteld worden om de overlast in frequentie, duur en intensiteit zo beperkt mogelijk en aanvaardbaar te houden. Dat heeft Vlaams minister van Leefmilieu Joke Schauvliege geantwoord op een vraag van parlementslid Filip Watteeuw (Groen!).
4 januari 2010  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 14:53
Lees meer over:

Het volledig uitsluiten van geurhinder door Rendac is wellicht niet haalbaar. Dit belet niet dat alles in het werk moet gesteld worden om de overlast in frequentie, duur en intensiteit zo beperkt mogelijk en aanvaardbaar te houden. Dat heeft Vlaams minister van Leefmilieu Joke Schauvliege geantwoord op een vraag van parlementslid Filip Watteeuw (Groen!).

Uit zesmaandelijkse metingen van de geurcontouren rond het vilbeluik in Denderleeuw blijkt dat 2004 het beste jaar was. Daarna was er tot 2006 opnieuw een toename van de geurhinder. Nadien is deze terug aan het afnemen. Watteeuw erkent dat er in het verleden reeds maatregelen genomen werden om de overlast te beperken. Zo ging men over tot het afdekken van de vrachtwagens met slachtafval en begin jaren negentig kwam er ook een nieuwe toegangsweg, waardoor vrachtwagens niet meer door de woonbuurten moeten rijden.

"Maar ondanks positieve prognoses werd in de zomer van 2009 opnieuw een enorme geurhinder vastgesteld", stelt Watteeuw. "Telkens werd door Rendac overmacht ingeroepen. Wanneer we de situatie op langere termijn bekijken, stellen we vast dat de geurhinder door Rendac een structureel probleem is. Ofwel wordt hij veroorzaakt door ingrijpende werken, ofwel door technische mankementen, ofwel zelfs door het mooie zomerweer".

Rendac moet dan wel de 'best bruikbare technieken' hanteren, maar volgens Watteeuw zijn alle wettelijke verplichtingen tot hiertoe lapmiddelen gebleken. "Met als gevolg dat mensen uit de directe omgeving van Rendac meer en meer verhuizen, als ze het zich kunnen permitteren". Minister Schauvliege erkent dat Rendac onlosmakelijk verbonden is met geurhinder, "omdat ook factoren zoals de aanvoer van kadavers en dierlijke afval via vrachtwagens hierbij een rol spelen".

Maar de minister benadrukt ook dat het bedrijf, dat behoort tot de Nederlandse vleesverwerkende groep Vion, veel investeringen gedaan heeft. "Ook voor dit jaar worden nog nieuwe investeringen gepland zoals de renovatie van de daken ter verhindering van diffuse luchtuitstoot, het aanpassen van de ketels voor verbranding van niet-condenseerbare gassen bij stoppen en opstarten van de installatie en bijkomende onderzoeken van de werking van de biobedden", luidt het.

Een herlokalisatie van het bedrijf valt volgens Schauvliege moeilijk op te dringen. "Wel moet er verder gewerkt worden om de geurhinder tot een minimum te beperken". Om Watteeuw gerust te stellen, meldt de minister dat er geen vraag tot uitbreiding van de verwerkingscapaciteit lopende is. "Er is het laatste jaar eerder een vermindering van de verwerkte hoeveelheden dierlijk restmateriaal vast te stellen", besluit Schauvliege.

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek