"Preventief antibioticagebruik bevordert resistentie"

Dierenarts Davy Persoons bracht in zijn doctoraatstudie aan het licht dat op 75 procent van de onderzochte braadkippenbedrijven antibiotica werden gebruikt. Meer dan 58 procent van alle bacteriële isolaten was resistent tegen vier of meer antibiotica. “Het alternatief voor preventieve antibiotica is bioveiligheid en hygiëne”, zegt Persoons.
19 januari 2011  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 14:58
Lees meer over:

Dierenarts Davy Persoons bracht in zijn doctoraatstudie aan het licht dat op 75 procent van de onderzochte braadkippenbedrijven antibiotica werden gebruikt. De kippen werden gemiddeld één achtste van hun leven behandeld. Meer dan 58 procent van alle bacteriële isolaten was resistent tegen vier of meer antibiotica. “Het alternatief voor preventieve antibiotica is bioveiligheid en hygiëne”, zegt Persoons.

Sinds de ontdekking van penicilline 60 jaar geleden zijn antibiotica heel waardevolle hulpmiddelen bij het bestrijden van infecties, maar wordt er regelmatig gewaarschuwd voor antimicrobiële resistentie. De doelstellingen van het proefschrift van Davy Persoons waren na te gaan in hoeverre er antibioticaresistentie voorkomt bij braadkippen in België, te onderzoeken hoeveel antibiotica er worden gebruikt en na te gaan welke factoren van invloed zijn op de mate van gebruik en resistentie.

Bij de braadkippen op het bedrijf vertoonde E. Coli, een bacterie die voorkomt in de darmen, in meer dan de helft van de gevallen resistentie tegen vijf verschillende antibiotica. Slechts 4,8 procent was gevoelig voor alle 14 geteste middelen. Persoons stelde een zorgwekkend hoge resistentie tegen ceftiofur vast en een sterke stijging ten opzichte van enkele jaren terug (5% in 2002 naar 28% in 2006 tot 37% in 2008). Ceftiofur behoort tot een zeer belangrijke groep antibiotica voor zowel de diergeneeskunde als voor de mens.

Deze resistentie wordt veroorzaakt door een ESBL-gen (Extended spectrum Beta- lactamase) dat zich situeert op een stukje mobiel DNA van de bacterie. Persoons zocht naar verklaringen voor de hoge mate van ceftiofurresistentie in de kippensector. Hij vond een oorzaak in een aantal bedrijfsmanagement factoren (hygiëne, watermanagement, aantal voederveranderingen) en in andere factoren zoals het ras, de broeierij van herkomst, het stalstrooisel en de systematische behandeling met amoxicilline.

Verder onderzoek moet uitwijzen welk risico er is dat resistente bacteriën ook overgaan naar andere dieren of mensen, wanneer deze in contact komen met de betreffende levende kippen of met het kippenvlees. De E. Coli bacteriën zelf zijn meestal ongevaarlijk voor de mens, maar omdat ze drager zijn van resistentiegenen is het belangrijk om contact ermee te vermijden, en bijvoorbeeld kippenvlees goed te bakken en de handen te wassen na contact met rauw vlees. Mocht de resistentie ook bij de mens terechtkomen, dan kan dat eventuele latere behandeling met Beta-lactam antibiotica bemoeilijken.

“Het spreekt voor zich dat de problemen die momenteel worden gezien in de humane geneeskunde voor het grootste deel nog steeds hun oorzaak in de humane geneeskunde zelf vinden, waar er ook nog te veel onnodig antibiotica gebruikt worden”, zegt professor Jeroen Dewulf, promotor van het doctoraat en werkzaam aan de faculteit Diergeneeskunde van de UGent. "De meest relevante bevindingen van dit doctoraat zijn niettemin reeds verspreid in de wetenschappelijke wereld en in de landbouwsector", weet Dewulf.

"Aangezien de voornaamste oorzaak van het ontstaan van deze multiresistente bacteriën het gebruik van antibiotica is, is de beste manier om te voorkomen dat ze ontstaan minder antibiotica te gebruiken", aldus Persoons en Dewulf. "In de moderne veehouderij worden antibiotica nog al te vaak preventief gebruikt en hierbij wordt heel vaak gegrepen naar breedspectrum en langwerkende producten." Zij waarschuwen dat deze manier van werken de ontwikkeling van resistentie bevordert, niet alleen voor ESBL dragende E. Coli maar ook voor andere kiemen.

"Het alternatief voor preventieve antibioticabehandelingen is bioveiligheid en hygiëne", benadrukken beide wetenschappers. "Als je vermijdt dat de dieren in contact komen met grote hoeveelheden kiemen, is het preventief gebruik van antibiotica helemaal niet nodig en kan het natuurlijk immuunsysteem van het dier zelf de infectie gemakkelijker onder controle houden. Als er toch behandeld moet worden, moet dit doordacht gebeuren, en volgens de regels van het voorzichtig gebruik van antibiotica."

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek