nieuws

Peeters en Schauvliege hoopvol tijdens Werktuigendagen

nieuws
De 30ste editie van de Internationale Werktuigendagen afgelopen weekend in Oudenaarde stonden in het teken van ecologische duurzaamheid. Zowel Vlaams minister van Leefmilieu Schauvliege als Vlaams minister van Landbouw Peeters benadrukten het belang daarvan voor de toekomst van de Vlaamse land- en tuinbouw. “We zijn op de goede weg”, klonk het hoopvol.
25 september 2011  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 15:01
Lees meer over:

De 30ste editie van de Internationale Werktuigendagen afgelopen weekend in Oudenaarde stonden in het teken van ecologische duurzaamheid. Zowel Vlaams minister van Leefmilieu Joke Schauvliege als Vlaams minister van Landbouw Kris Peeters benadrukten het belang daarvan voor de toekomst van de Vlaamse land- en tuinbouw. “We zijn op de goede weg”, klonk het hoopvol.

Duurzaam bodemgebruik, goede waterkwaliteit en duurzaam waterbeheer stonden centraal tijdens de Internationale Werktuigendagen 2011. Het beleidsdomein Landbouw en Visserij was aanwezig om te informeren over spaarzaam watergebruik, preventie van verontreiniging en VLIF-steun bij relevante investeringen. Als hulpmiddel voor het verbeteren van het waterbeheer op bedrijfsniveau, werd de digitale praktijkgids ‘Water in de land- en tuinbouw’ voorgesteld. 

“Een duurzaam gebruik van bodem en water is een basisvoorwaarde voor een rendabele landbouw in de toekomst. De Vlaamse overheid heeft dit begrepen en wil de sector beter informeren, stimuleren en ondersteunen om deze visie mee in de praktijk te brengen”, zei Vlaams minister voor Landbouw Kris Peeters tijdens zijn bezoek aan de stand van het beleidsdomein. “We maken van deze Internationale Werktuigendagen dan ook gebruik om te tonen hoe duurzaam water- en bodemgebruik concreet kan worden ingevoerd in land- of tuinbouwbedrijven. Dit werkt immers vaak beter dan woorden.”

Ook Vlaams minister van Leefmilieu Schauvliege bracht een bezoek aan de beurs. Zij had het op haar beurt voornamelijk over het nieuwe Mestactieplan (MAP4) en de flankerende maatregelen. “Uit het Jaarrapport Water 2010 van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) blijkt dat de Vlaamse waterkwaliteit sinds 1991 fors verbeterd is”, zei ze tevreden. “In 1991 scoorde nog 12 procent van de VMM-meetplaatsen slecht. Vandaag is dat slechts 0,2 procent. De landbouwsector heeft zeker in belangrijke mate tot deze verbetering bijgedragen. Daarvan ben ik me bewust.”

“Eveneens ben ik me er van bewust dat het nieuwe MAP voor de sector moeilijk te verteren is. Daarom hebben mijn collega minister Peeters en ikzelf een volwaardig flankerend beleid uitgewerkt. Hierdoor zullen land- en tuinbouwers nog intensiever begeleid worden. Het nieuwe Coördinatiecentrum voor Voorlichting en Begeleiding duurzame Bemesting (CVBB) zal daarvoor samenwerken met de praktijkcentra en de Vlaamse Landmaatschappij”, verklaarde Schauvliege.

Daarenboven zal het systeem van controles aangepast worden. De verdeling van de controles tussen het Agentschap voor Landbouw en Visserij en de Vlaamse Landmaatschappij (VLM) wordt duidelijker afgebakend en het geheel van controles wordt transparanter gemaakt. Ook de Mestbank zal worden gereorganiseerd, zodat beleid, begeleiding en controle beter gescheiden zijn. Nog voor het einde van dit jaar zal de VLM deze reorganisatie bekendmaken.

Tot slot moeten de landbouw- en milieuorganisaties in de toekomst meer betrokken worden bij de totstandkoming van de mestwetgeving. Daarom zal een Opvolgingscommissie opgericht worden. “De verbetering van de waterkwaliteit blijft het ultieme doel van MAP4 en het flankerende beleid”, besloot Schauvliege. “Maar dit met respect voor de economische draagkracht van de Vlaamse land- en tuinbouw.”

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek