Minder nitraat in oppervlaktewater Vlaams-Brabant
nieuwsDe achtste editie van het milieu- en natuurrapport van Vlaams-Brabant meet aan de hand van 22 indicatoren de milieu- en natuurtoestand anno 2008-2009. Het rapport, dat werd voorgesteld door gedeputeerde Jean-Pol Olbrechts (CD&V), laat zien dat het oppervlaktewater goed op weg is om de Europese nitraatnorm in 2010 te halen. Het grondwater daarentegen liet in 59 procent van de putten een overschrijding optekenen.
In 2008 werd op landbouwgrond in Vlaams-Brabant 11,1 miljoen kg stikstof (N) uit dierlijke mest gebruikt. De provincies Limburg en Vlaams-Brabant gebruiken het minst stikstof uit dierlijke mest op hun landbouwgronden. Met gemiddeld 113 kg N/ha zit Vlaams-Brabant 32 kg N/ha onder het gemiddelde voor Vlaanderen. Een verklaring voor de lagere mestdruk in Vlaams-Brabant is de beperkte aanwezigheid van veeteelt in de provincie.
Om de kwaliteit van het oppervlaktewater te evalueren in functie van de landbouwkundige activiteit werd door de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) in 1999 het MAP-meetnet oppervlaktewater uitgebouwd. Dit meetnet bestaat uit ongeveer 800 meetpunten, waarvan er in Vlaams-Brabant 117 opgevolgd werden. Het MINA-plan 3+, het geactualiseerd Vlaams Milieubeleidsplan voor 2008-2010, stelt dat er in 2010 geen overschrijding van de Europese nitraatnorm (50 mg NO3/l)meer mag voorkomen.
In het meetjaar 2008-2009 voldeed Vlaams-Brabant in 87,2 procent van de MAP-meetplaatsen aan deze norm. Het aantal overschrijdingen daalde met de helft ten opzichte van het voorgaande meetjaar. Het best scorende bekken is dat van de Dender waar alle MAP-meetplaatsen aan de norm voldoen. In het Dijle-Zenne-bekken voldoet 91 procent aan de norm. De bekkens van Demer en Beneden- Schelde doen het met 79, respectievelijk 80 procent het minst goed in Vlaams-Brabant.
Nitraat komt niet alleen in het oppervlaktewater terecht, maar kan ook doorsijpelen naar grondwaterlagen. Niet alleen zijn deze nitraten in het grondwater verantwoordelijk voor het achteruitgaan van kwetsbare grondwatergevoede vegetaties, ze vormen ook een bedreiging voor het drinkwater dat voor menselijke consumptie is bestemd.
In Vlaams-Brabant werden in het voorjaar van 2009 306 putten bemonsterd. In 180 meetputten of 58,8 procent van de gevallen werd de norm van 50 mg nitraat/l overschreden. Toekomstige meetcampagnes zullen moeten uitwijzen of de stijging van de vijf laatste jaren een lange termijn trend is. Andere invloeden dan overbemesting kunnen niet uitgesloten worden als oorzaak van de stijging in 2009. Zo kunnen klimatologische effecten een rol spelen, net als de reisweg van het percolatiewater tot aan het grondwater.
Naast waterkwaliteit is ook luchtkwaliteit een voor de landbouwsector interessant meetgegeven uit het rapport. Een van de indicatoren van de luchtkwaliteit is de hoeveelheid fijn stof in de lucht. Zowel de natuur (bodemstof, zeezout) als menselijke activiteiten (verkeer, industrie) kunnen een bron zijn van fijn stof. De deeltjes kunnen ingedeeld worden in fracties op basis van hun grootte. De grovere fractie PM 10 (deeltjes tot 10 micrometer) komt vooral in de lucht door het verkeer en door activiteiten van de land- en tuinbouwsector en de industrie.
De jaargemiddelden voor PM10 liggen in Vlaams-Brabant in 2008 tussen 23 en 32 μg/m³. Ten opzichte van 2007 zijn de waarden in 2008 licht gedaald. De verschillen tussen twee opeenvolgende jaren zijn waarschijnlijk vooral te wijten aan meteorologische verschillen. Zo was de zomer van 2006 warmer en droger dan die van 2007 en 2008, met in die periode ook relatief hoge fijn stof waarden. De jaargemiddelde PM10-concentratie overschrijdt in 2008 op geen enkel Vlaams- Brabants meetpunt de doelstelling van 40 μg/m³.
Tot slot werd stil gestaan bij de verwerving van natuur- en bosreservaten in Vlaams-Brabant. De provincie heeft hiervoor een eigen aankoopbeleid, maar ondersteunt ook natuurverenigingen en gemeenten voor de verwerving van natuurgebieden. De oppervlakte bos- en natuurreservaten stijgt elk jaar geleidelijk in Vlaams-Brabant. In 2008 gaat het in totaal om 3.353 ha, 16 procent van de oppervlakte bos en natuur in Vlaanderen. De grootste oppervlakte erkend natuurreservaat ligt in Limburg (7.259 ha of 35%), gevolgd door Antwerpen (5.007 ha of 24%).