Landbouwproducten tot 30% duurder de komende 10 jaar
nieuwsJaarlijks maken OESO en FAO de vooruitzichten bekend voor de belangrijkste landbouwproducten. Vooral de duurdere ruwe olie zal de komende tien jaar gemiddeld voor hogere reële prijzen (+10 tot 30%) op de landbouwmarkten zorgen, constateert het departement Landbouw en Visserij. Opvallend is ook de verdubbeling van de biobrandstofproductie en de exportmacht van groeilanden voor heel wat basisproducten.
Experts van het departement Landbouw en Visserij analyseerden de landbouwvooruitzichten van OESO en FAO. Op basis daarvan deelt het departement mee dat de reële prijzen (na aanpassing aan de inflatie) op landbouwmarkten het komende decennium 10 tot 30 procent hoger zullen liggen dan het gemiddelde niveau van de voorbije tien jaar. Voedselprijsinflatie op detailhandelsniveau is gevoelig teruggevallen in vergelijking met de recordpiek in 2008, maar blijft toch vrij hoog in vele ontwikkelingslanden.
Hoewel de verwachting is dat de markten zich op kortere termijn (2012 en 2013) minder turbulent zullen gedragen, blijven voor de langere termijn de voornaamste risico’s van prijsvolatiliteit bestaan. “De druk op de prijzen zal aanhouden”, verduidelijkt de landbouwadministratie. “Dit is vooral een gevolg van de stijgende vraag naar basislandbouwproducten voor biobrandstoffen en van de vraagverschuiving naar eiwitrijkere voeding voor een toenemend verstedelijkte bevolking in opkomende economieën zoals China, India en Brazilië.”
De toename van de consumptie van vlees van gevogelte als belangrijke eiwitbron zal groter zijn dan die van varkensvlees. De toename van de globale visserij en aquacultuur wordt op 15 procent geschat voor de komende 10 jaar, waarbij aquacultuur minstens de helft zal leveren van de totale visconsumptie vanaf 2018.
Tot 2021 zal de globale landbouwproductie naar schatting met 1,7 procent per jaar toenemen, tegenover twee procent per jaar in het voorbije decennium. Vergeleken met een toename van 1,2 procent per jaar in ontwikkelde landen, beschikken de ontwikkelingslanden over het grootste potentieel om een toename van gemiddeld 1,9 procent per jaar te realiseren. Dit moet gezien worden in de context van een beperkte beschikbaarheid van hulpbronnen en het behoud van biodiversiteit en milieuvriendelijkheid.
Een centrale bekommernis blijft voedselzekerheid en hoe de productiviteit op duurzame wijze doen toenemen om aan de vraag naar voedsel, biobrandstoffen, veevoeders en vezels te kunnen voldoen en de voedselprijzen onder controle te houden. De uitdaging is niet gering want de globale productie van biobrandstoffen zal in het komende decennium ongeveer verdubbelen. Meer rietsuiker, plantaardige olie en voedergranen zullen dus als biomassa benut worden.
De Russische Federatie, Oekraïne en Kazakhstan worden belangrijke uitvoerders van tarwe. Grote variaties in hun productie zijn niet uitgesloten, wat een bijkomende factor voor prijsvolatiliteit kan vormen. De verhouding tussen graanvoorraden en het gebruik van granen zal daardoor mogelijks gemiddeld lager blijven dan in het verleden, met opwaartse druk op de prijzen tot gevolg.
Algemeen gesteld zijn de groeilanden tegen 2021 de grootste uitvoerders van rijst, oliehoudende zaden, plantaardige olie en palmolie, suiker, rundvlees, vlees van gevogelte en visproducten.
“Veel aandacht zal moeten uitgaan naar beleidscoherentie waarbij verschillende beleidsaansporingen die elkaar versterken de juiste commerciële, technische en regelgevende omstandigheden moeten creëren”, besluit de Vlaamse landbouwadministratie uit de internationale vooruitzichten. “Innoverende landbouwsystemen moeten een kans krijgen, onder meer door aandacht voor de specifieke behoeften van kleine boeren. Het gaat ook om maatregelen om voedselverliezen en -verspilling tegen te gaan.”
Meer info: Agricultural Outlook 2012-2021