Jaarlijks verdwijnt 1,5 miljoen ton landbouwgrond

Elk jaar spoelt gemiddeld 1,5 miljoen ton vruchtbare Vlaamse landbouwgrond weg door bodemerosie, blijkt uit een recente universitaire studie in opdracht van de VMM. Bijna 300.000 ton komt terecht in rivieren en beken, de rest op straten en in riolen. Het wegspoelen van landbouwareaal bedreigt ook de productieopbrengsten van de akkerbouwers. De kosten van bodemerosie worden op 60 tot 90 miljoen euro per jaar geraamd, schrijft De Tijd.
21 maart 2005  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 14:29
Elk jaar spoelt gemiddeld 1,5 miljoen ton vruchtbare Vlaamse landbouwgrond weg door bodemerosie, blijkt uit een recente universitaire studie in opdracht van de VMM. Bijna 300.000 ton komt terecht in rivieren en beken, de rest op straten en in riolen. Het wegspoelen van landbouwareaal bedreigt ook de productieopbrengsten van de akkerbouwers. De kosten van bodemerosie worden op 60 tot 90 miljoen euro per jaar geraamd, schrijft De Tijd.

Waar bodemerosie het meest voorkomt, hangt van heel wat factoren af, bijvoorbeeld van reliëf en bodemtype. Daarom verschilt de mate van bodemverlies in het zuiden van die in het noorden van Vlaanderen. In het zuiden is de hellingsgraad hoog en komen leem- en zandleembodems voor die zeer gevoelig zijn voor bodemerosie. In het noorden is de hellingsgraad laag en zijn de zandbodems minder erosiegevoelig. Het jaarlijkse bodemverlies is dan ook het hoogst in de Weidestreek, de Leemstreek en de Zandleemstreek.

Ook de gewaskeuze beïnvloedt de erosie op landbouwgronden. Wintergraan geeft de bodem bijvoorbeeld een goede bedekking tijdens erosiegevoelige periodes, andere akkerbouwgewassen zoals zomergraan, bieten, maïs, aardappelen en groenten niet. Bos en gras beschermen de bodem tegen erosie. Door de toename tijdens het voorbije decennium van erosiegevoelige gewassen als maïs en groenten in open lucht, is het erosierisico in Vlaanderen toegenomen met 22 procent.

Tot slot hangt de bodemerosie ook af van het klimaat. Bodemverlies treedt hoofdzakelijk op tijdens en vlak na intense regenbuien. "De zeer natte jaren 2001 en 2002 verklaren het zeer zware bodemverlies in die jaren", zegt professor Gert Verstraeten van de onderzoeksgroep Fysische en Regionale Geografie van de K.U.Leuven. "Klimaatveranderingen kunnen de frequentie van hevige regenbuien verhogen, met een hoger erosiegevaar tot gevolg", waarschuwt het MIRA-rapport van de VMM.

Gemeenten en landbouwers kunnen subsidies krijgen van de milieuadministratie als ze maatregelen nemen om bodemerosie tegen te gaan, zoals het zaaien van bodembedekkers tijdens de winter of het beschermen van hagen, heggen en houtkanten.

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek