Inkomen Nederlandse varkensboer lager dan mestafzetkost
nieuwsNederlandse varkenshouders betalen veel geld voor de afzet van mest en de kosten door maatschappelijke wensen als dierenwelzijn liggen in Nederland duidelijk hoger dan in andere landen. Tegenover die hoge kosten staan voordelen op het vlak van sectorstructuur, logistiek en nabijheid van kennis. Dat blijkt uit een rapport van InterPIG, een internationaal netwerk van varkenseconomen.
InterPIG begon in 2003 als een groepje van zes landen. Er zijn op dit moment leden uit 14 landen, voornamelijk uit de EU, maar ook uit Brazilië en Canada. Vanuit Nederland zijn het LEI en het Productschap Vee en Vlees (PVV) daarin actief. Het PVV gebruikt de informatie uit deze studie voor de activiteiten ter ondersteuning van de concurrentiepositie van de Nederlandse varkenshouderij.
De Nederlandse varkenssector opereert in een concurrerende Europese markt en productiekosten spelen een belangrijke rol in de concurrentiepositie. Met 1,41 euro per kg slachtgewicht had Nederland in 2009 een gemiddelde kostprijs ten opzichte van de andere Europese lidstaten. De onderzoekers wijzen er wel op dat de kostprijs in landen als Brazilië en Canada veel lager ligt.
De voederconversie van de Nederlandse varkenshouderij is gunstig en met Denemarken heeft Nederland de laagste kostprijs per big en de hoogste zeugenproductiviteit. Maar Nederlandse varkenshouders betalen met vijf procent van de kostprijs relatief veel voor de afzet van mest, zo blijkt.
De kosten door maatschappelijke wensen liggen in Nederland duidelijk hoger dan in andere landen en nemen tot 2013 nog toe. Deze kosten bedragen dan 23 cent per kg slachtgewicht. Andere landen hebben volgens de onderzoekers duidelijk lagere kosten, waarbij Duitsland en Denemarken een kostenstijging laten zien.
Vooral milieukosten springen er in Nederland uit. Deze bestaan voor een belangrijk deel uit mestafzetkosten (circa 8 cent). De kosten op een gesloten bedrijf met 500 zeugen en 4.000 gemiddeld aanwezige vleesvarkens zijn berekend op jaarlijks 90.000 euro en zijn daarmee hoger dan het gerealiseerde gezinsinkomen.
Wat dierenwelzijn betreft gaat de Nederlandse varkenssector op enkele punten verder dan de Europese wetgeving. De Europese oppervlakte-eis voor vleesvarkens bedraagt 0,65 m². Hier wijken Duitsland (met 0,75 m²) en Nederland (met 0,8 m²) vanaf. Ook in de implementatie van groepshuisvesting zou Nederland volgens het rapport duidelijk verder staan dan landen zoals Frankrijk, Spanje of Oost-Europese landen.
Tegenover de hoge kosten voor maatschappelijke wensen in Nederland staan voordelen op het vlak van sectorstructuur, logistiek en nabijheid van kennis.
Meer info: Nederlandse varkenssector kampt met hoge kosten voor mestafzet