Hogere varkensvoederkost gevaar voor concurrentiekracht
nieuwsUit de jaarlijkse kostprijsvergelijking van varkensproductie in de EU door InterPIG, een forum van varkenseconomen uit 14 landen, blijkt dat de Belgische varkenshouderij een kostprijs van 1,45 euro (exclusief btw) per kg geslacht gewicht heeft. De voederkosten zorgen voor een kostprijs die hoger ligt dan in Frankrijk (1,36 euro), Spanje en Denemarken (1,39 euro), en Nederland (1,40 euro).
Belgische varkenshouders werken met een hogere kostprijs per kg geslacht gewicht dan hun collega's in Frankrijk, Spanje, Denemarken en Nederland, maar scoren wel beter dan bijvoorbeeld Duitsland (1,49 euro). Hoewel de voederprijzen er lager liggen en de arbeidskosten van eenzelfde niveau zijn, kampen Duitse varkenshouders met andere variabele en vaste kosten die hoger liggen.
Ook in Ierland (1,49 euro), Oostenrijk (1,58 euro), het Verenigd Koninkrijk (1,67 euro) en Zweden (1,69 euro) ligt de kostprijs van de vleesvarkenshouderij hoger dan bij ons. Uitschieters zijn Italië en Tsjechië. Daar proberen varkenshouders hun boterham te verdienen terwijl ze geconfronteerd worden met een kostprijs van 1,75 euro, respectievelijk 1,92 euro. Ter vergelijking: in Brazilië, de VS en Canada schommelt de kostprijs tussen 1 en 1,1 euro per kg geslacht gewicht.
De voederkosten stegen in België tussen 2009 en 2010 met ruim 5 cent per kg, terwijl die in Nederland vrijwel gelijk bleven. Deels hangt dat echter samen met prijsschommelingen, die in andere landen vaak sneller worden doorgerekend aan de varkenshouder dan in Nederland. Het is daarom nuttig om de kostprijs van meerdere jaren te vergelijken.
Er is duidelijk nog werk aan de winkel op het vlak van voederconversie. De overall-voederconversie (de totale hoeveelheid voeder op een gesloten varkensbedrijf, gedeeld door de totale productie aan levend gewicht van de slachtvarkens, nvdr.) ligt in België met 3,09 veel hoger dan in Nederland, dat het met 2,72 zelfs beter doet dan Brazilië (2,74), een land waar nog groeibevorderaars worden ingezet. Alleen Italië en Tsjechië scoren slechter dan België op het vlak van voederverbruik per kg levend eindgewicht van de slachtvarkens.
Hoe duurder arbeid is, hoe zuiniger er wordt mee omgegaan. In Brazilië bedraagt de arbeidsinzet 27 uur per ton geproduceerd slachtgewicht op een gesloten bedrijf. Alleen in Tsjechië, waar de arbeidskost net als in Brazilië maar vier euro per uur bedraagt, ligt dat cijfer nog hoger. In alle andere EU-lidstaten zijn varkenshouders veel zuiniger op arbeid. In België gaat het om 9 uur per ton slachtgewicht, wat minder goed is dan de 6,8 uur in Nederland, maar vergelijkbaar met Duitsland en beter dan Frankrijk (10 uur).
Bekijk hier de kostprijsvergelijking.