Commissie Leefmilieu wil superheffing uitstellen

De Vlaamse landbouwers zullen voor dit jaar vrijgesteld worden van de superheffingen die in MAP2 waren voorzien. Dat staat in een amendement die de meerderheidspartijen donderdag in de commissie leefmilieu van het Vlaams parlement hebben ingediend. De stemming heeft vermoedelijk volgende week plaats.
20 oktober 2000  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 14:25
De Vlaamse landbouwers zullen voor dit jaar vrijgesteld worden van de superheffingen die in MAP2 waren voorzien. Dat staat in een amendement die de meerderheidspartijen donderdag in de commissie leefmilieu van het Vlaams parlement hebben ingediend. De stemming heeft vermoedelijk volgende week plaats.

De huidige Vlaamse regering voerde een nutriëntenhalte (of m.a.w. een mest-stop) in. Die geldt tot 2005, met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2000. Elke boer mag maar een bepaalde hoeveelheid mest produceren. Wie boven het toegestane quotum gaat, moet een superheffing betalen.

Probleem was dat de Mestbank de boeren pas in de tweede helft van dit jaar berichtte hoeveel hun toegelaten mestproductie voor 2000 bedroeg. Toch zag het er naar uit dat de voorziene sancties zouden gehandhaafd blijven. De landbouworganisaties protesteerden de jongste weken diverse malen tegen deze gang van zaken. Ze wezen erop dat heel wat boeren hun dieren nog snel zouden moeten slachten om alsnog te voldoen aan het opgelegde mestquotum.

De Vlaamse meerderheidspartijen vinden ook dat dit allemaal niet echt eerlijk is. "Het is logischer dat de nutriëntenhalte slechts ingaat na afloop van het productiejaar dat lopende was op het moment van de kennisgeving", luidt het in een ingediend amendement. De nutriëntenhalte wordt met een jaar uitgesteld en gaat dus pas op 1 januari 2001 in.

De commissie Leefmilieu boog zich donderdag ook over een oplossing voor de vele bedrijven die van de Mestbank het bericht kregen dat ze voortaan geen mest meer mogen produceren omdat ze eigenlijk niet bestaan. Oorzaak van dit probleem is het feit dat de Mestbank zich voor het toekennen van de toegestane mestproductie baseert op het refertejaar '93. De jongste tijd doken tientallen berichten op over landbouwers die dat jaar nagelaten hadden om aangifte te doen, wier aangifte verloren was gegaan of die een bedrijf met een "slapende vergunning" (een vergunning die ophoudt te bestaan bij stopzetting van het bedrijf) hadden overgenomen. Gevolg was dat de bedrijven voor de Mestbank niet bestonden en dus te horen kregen dat hun toegelaten mestproductie "nul" was.

Vlaams minister Vera Dua liet al weten dat ze enige billijkheid aan de dag zou leggen zodat landbouwers die niet ter kwader trouw handelden de boeken niet zouden moeten sluiten. In een amendement wordt bepaald dat ook bedrijven die aangifte deden voor het aanslagjaar '92 als "bestaand" worden beschouwd. De komende week zal verder juridisch worden uitgeplozen worden hoe men op een succesvolle manier goedmenende (familiale) landbouwbedrijven kan sparen voor zware sancties. Behalve de meerderheidspartijen dringt ook de CVP aan op een grondige bijsturing van het mestdecreet. Maar de partij wijst wel op de juridische moeilijkheden die er nog bestaan; bijvoorbeeld voor bedrijven die pas na '93 een vergunning kregen.

Eerder was al bekend dat er voor hobbyboeren, kinderboerderijen en kleine ponykwekerijen gezocht werd naar een oplossing, zodat ze niet langer met sluiting worden bedreigd - veelal het gevolg van een onjuiste aangifte.

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek