Boerenzwaluw nog altijd in nesten

Volgens de eerste prognoses van de zwaluwentelling van het voorbije weekend - op basis van 1.164 getelde nesten - is er geen beterschap in zicht voor de huis- en boerenzwaluw. "De voorbije dertig jaar is het aantal broedpaartjes van de boerenzwaluw al met 80 procent gedaald naar 20.000. De voornaamste oorzaak is dat er steeds minder boerderijen zijn", klinkt het bij Natuurpunt.

Het gaat slecht met de huis- en de boerenzwaluw. Om aandacht te vragen voor het lot van deze twee soorten en om de soorten in kaart te brengen, coördineerde Natuurpunt op 30 en 31 mei een landelijke zwaluwtelling. In de periode 1973-1977 werden nog 100.000 tot 200.000 broedparen van de boerenzwaluw geteld, in de periode 2000-2002 was dat aantal al gedaald tot 20.000 à 30.000.

In 1997 werd 96 procent van de boerenzwaluwnesten aangetroffen op boerderijen. Dat het slecht gaat met de vogelsoort, heeft te maken met het dalend aantal rundveebedrijven, maar ook met het feit dat de overblijvende rundveebedrijven minder zwaluwvriendelijk worden. Een zwaluwpaar met vijf jongen heeft dagelijks 6.000 insecten nodig. Door de gesloten mestopslag op moderne, gespecialiseerde veehouderijen is het voor zwaluwen veel moeilijker om voldoende insecten te vinden.