Eerste kersen geplukt in Zoutleeuw: "Zonder gewasbescherming? Dat is een utopie"
ReportageHet resultaat van een jaar lang hard werk komt eindelijk samen voor Benny Herbots (62) en zoon Inti (23). De samba, een vroegtijdig kersenras, bengelt in zoetrode duo’s aan de takken van zeven hectare laagstammige kersenbomen. De eerste lading is dinsdagochtend in de vroege uurtjes geplukt, klaar om te leveren aan fruitveiling BelOrta. Een lot dat supermarkt Aldi heeft aangekocht voor 5.000 euro. Ter gelegenheid van het nieuwe seizoen storten de supermarkt en BelOrta storten samen het dubbele van dat bedrag aan Sint-Vincentius, een organisatie ten voordele van kansarme jongeren in Limburg.
De eerste kersen zijn smaakvol maar fragiel. Regenval en hagel hebben het Hageland geteisterd, en dat laat zich voelen deze oogst. De verwachtte opbrengst bij Herbots is zo’n 60 procent van wat gangbaar is. De boer hoopt dat de wet van vraag en aanbod hem een enigszins faire opbrengst per hectare oplevert. De consument hoeft alvast niet te vrezen. “Een mindere opbrengst betekent in dit geval vooral minder export, maar de Vlaming zal geen kersen tekortkomen”, zegt onderzoeker Piet Putzeys van fruitveiling BelOrta.
Terugdraaiende klok
160 telers leveren elk jaar kersen aan fruitveiling BelOrta, zo’n 454 hectare in totaal. Welke prijs Benny en zijn collega-boeren zullen krijgen, wordt bepaald op de veilingvloer van BelOrta. Alle fruit wordt verkocht via een terugdraaiende klok. Het lot wordt aangeboden aan een bedrag dat langzaamaan terugtikt. De koper die als eerste afdrukt, gaat ermee naar huis. Glenn Sebregts van BelOrta looft vooral de transparantie van het systeem. “Maar het is dus afwachten tot de eerste veiling alvorens we weten welke prijs de boer zal krijgen”, zegt Sebregts. “Je weet nooit hoe het zal lopen. Soms begint een veiling met relatief lage prijzen, maar eindig je met hogere bedragen omdat kopers die nog geen lot hebben bemachtigd, nerveus worden. En soms is het net het eerste lot dat het hoogste bedrag in de wacht sleept. Kersen zijn uniek omdat ze een seizoensproduct zijn dat volledig in openlucht wordt geteeld. Een gevoelige teelt, dus het aanbod is elk jaar sterk verschillend.”
Kersen zijn lucratief, maar ook onzeker. Daarom heeft Herbots naast zijn kersen een bijna even groot areaal aan perenbomen. Hardfruit is robuust en weerbestendig. “De regen zorgt er zelfs voor dat de peren verdikken”, zegt zoon Inti. Maar ook deze teelt heeft zijn uitdagingen: bacterievuur, een hardnekkige plantenziekte, vreet hele bomenrijen leeg. Herbots slaagt er voorlopig in de ziekte terug te dringen, maar dat is vooral een kwestie van geluk. “In sommige regio’s is het veel erger dan andere”, zegt hij. “Maar nieuwe technologieën helpen. Zo kunnen we met behulp van drones kijken of er bomen getroffen zijn.”
De oogst bestaat uit de zogenaamde A- en B-peren. “B-peren zijn even lekker als A-peren, maar ze zien er niet volmaakt uit”, zegt Inti. “Dus worden ze lager geprijsd of geëxporteerd naar het buitenland. Ze leveren helaas dus ook minder winst op. Een perenboom blijft wel veel langer fruit geven dan een kersenboom. Als je een perenboom goed verzorgt, krijg je 30 tot 40 jaar een mooie opbrengst. Bij kersenbomen daalt de opbrengst en kwaliteit sterk met de jaren. Na14 jaar is het al interessanter om ze te verwijderen en nieuwe bomen te planten.
Twee paarden
“Dit is waarom ik op twee paarden wed”, zegt Benny. “Bacterievuur is geen gevaar voor kersenbomen, maar kersen kunnen op hun beurt getroffen worden door andere type schimmels. En dan is er nog de Suzuki-fruitvlieg die steeds sterker aanwezig is. De overheid is steeds strenger in het pakket bestrijdingsmiddelen dat we nog mogen gebruiken, en ook de warenhuizen willen zo min mogelijk residu. Precisielandbouw met drones staat ons toe om met minder middelen ziekten te bestrijden omdat we gericht bomen kunnen behandelen. Maar er zijn de laatste jaren veel nuttige middelen verboden, en we hebben stilaan de bodem bereikt. In een ideale wereld zouden we het zonder deze middelen kunnen doen, maar zo werkt het helaas niet. Als de regels nog sterk verstrengen en nog meer middelen verboden worden, gaan we geen rendabele opbrengst meer bekomen.”
“Kersen zijn zeer arbeidsintensief”, gaat Benny verder. “We snoeien de bomen zodat de wind goed door de takken waait. Zo worden de bomen sneller droog na een regenbui, en is er minder kans op schimmels. Maar vocht blijft een probleem wanneer het zoveel regent als dit jaar. Nu de kersen er zijn, hopen we vooral op zon. Het weer de komende weken kan zeer veel goedmaken, en een fantastische oogst opleveren. Maar ik heb nog steeds slechte herinneringen aan 2021, toen een waterbom onze hele oogst in één keer heeft vernield. Hoe dan ook, als alles goed blijft, zullen we nog tot 25 augustus kersen hebben.”
Nieuwe generatie
In tegenstelling tot peren, zijn kersen een echt seizoensproduct. “We hebben methodes om peren langdurig te bewaren”, zegt Inti. “Maar kersen die moeten de dag van de pluk meteen verkocht worden, want na drie dagen zijn ze al sterk geminderd in kwaliteit. Er bestaan nog geen methodes om ze langer te bewaren. Tijdens de oogst is het alle hens aan dek. We werken met zo’n 15 seizoenarbeiders, meer of minder afhankelijk van de oogst, en plukken alles met de hand. Automatisch oogsten is er niet bij.”
Benny herinnert zich hoe zijn vader nog werkte met hoogstambomen. “Toen gebeurde de oogst nog met een ladder”, zegt hij. “De vorige generatie was erg terughoudend om over te schakelen naar middelhoge, en later laagstambomen. Maar nu doet iedereen het.” Benny hoopt dat zijn zoon Inti ooit in de voetsporen zal treden. Daar is Inti zelf ook enthousiast voor. “Het is een prachtig beroep”, zegt Benny. “Er is veel administratie, te veel, maar je maakt een mooi product en je staat in de natuur.” Hoewel Inti vele uitdagingen ziet in de toekomst, is hij bereid te gaan voor zijn droom. “Er zijn weinig jonge boeren, maar dit is mijn passie en het zou zonde zijn om het te laten schieten.”

Bron: Eigen berichtgeving